. De flora van Nederland. Plants. 142 - SCROPHULARIACEAE. FAMILIE blauwgroen. Uit den penwortel komt een dunne, rechtopgaande of opstijgende stengel, die aan den voet meestal niet bloeiende takken draagt. De bladen zijn smal lijnvormig, een- nervig, de onderste 3-4 bijeen. De bloemen zijn zeer klein (4-5 mM) en bijna zittend. Zij zijn geplaatst in eindelingsche, eerst hoofdjesachtige, later zeer losse trossen. De schutbladen zijn lijnvormig, teruggeslagen. De kelk heeft lijnvormige, stompe, smalvliezig gerande slip- pen. De bloemkroon is lichtblauw met donkerder strepen en heeft een wit v


. De flora van Nederland. Plants. 142 - SCROPHULARIACEAE. FAMILIE blauwgroen. Uit den penwortel komt een dunne, rechtopgaande of opstijgende stengel, die aan den voet meestal niet bloeiende takken draagt. De bladen zijn smal lijnvormig, een- nervig, de onderste 3-4 bijeen. De bloemen zijn zeer klein (4-5 mM) en bijna zittend. Zij zijn geplaatst in eindelingsche, eerst hoofdjesachtige, later zeer losse trossen. De schutbladen zijn lijnvormig, teruggeslagen. De kelk heeft lijnvormige, stompe, smalvliezig gerande slip- pen. De bloemkroon is lichtblauw met donkerder strepen en heeft een wit verhemelte met een fijn violet adernet. De bovenlip is rechtopstaand, vlak en heeft 2 langwerpige, stompe slippen, de onderlip is stomp 3-lobbig. De spoor is lijn- vormig , teruggekromd, nauwelijks ' ,., maal zoo lang als de bloemkroon. De doosvrucht is bijna bolrond, langer dan de kelk (fig. 169). De zaden zijn 1 mM groot, vlak, glad, grijs- achtig met een breeden, cirkelronden, vliezigen rand (fig. 169). :>. 1—3 dM. Juni—October. Biologische bijzonderheden. De bloemen zijn homogaam Linaria arvensis en geheel op zelfbestuiving aangewezen. Insectenbezoek is Fig. 169 niet waargenomen. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt in Midden- en West-Europa op zandig bouwland voor. Bij ons is zij alleen bij Arnhem, op verschillende plaatsen om Nijmegen, bij Amersfoort, den Haag en Vreeswijk gevonden. L. minor') Desf. Kleine leeuwenbek (fig. 170). Deze plant is klierachtig behaard. Uit den penwortel komt een van den voet af vertakte, ronde stengel niet aan den voet opstijgende, overigens rechtopstaande takken. De bladen zijn gesteeld, stomp, de onderste zijn tegenoverstaand, langwerpig-Iancetvormig, de overige verspreid, lancet- tot lijnvormig, stomp. De bloemen zijn klein (6-8 mM) en zitten in de oksels van gewone bladen, zij vormen zoo zeer losse trossen. De bloemstelen zijn recht- opstaand, 3-4 maal zoo lang als de kelk, dicht behaard. De kelk is behaard met lijnvormi


Size: 1397px × 1788px
Photo credit: © The Book Worm / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants