. De flora van Nederland. Plants. FAMILIK 33. PORTULACACEAE. — 173 Familie 33. Portulacaceae Juss. Postel ei nachtij^L'ii. Planten (bij oii/.e iiilandsche soorten) meest l-jariiJ. F^lacien zittend of kortijesteeld, meest tegenoverstaand, zonder steunbladen. Kelk vaak lialf- onderstandig, 2-(tot 3-)spletig, vaak ten deele afvallend. Kroonbladen 4-6, vrij, vaak aan den voet verbonden, op den kelk ingeplant, in den knop- toestand dakpansgewijze liggend, soms ontbrekend. Meeldraden 3—15, soms aan den voet verbonden. Vruchtbeginsel meest 1-liokkig, uit 3 vruchtbladen gevormd , met bodemstandige zaa


. De flora van Nederland. Plants. FAMILIK 33. PORTULACACEAE. — 173 Familie 33. Portulacaceae Juss. Postel ei nachtij^L'ii. Planten (bij oii/.e iiilandsche soorten) meest l-jariiJ. F^lacien zittend of kortijesteeld, meest tegenoverstaand, zonder steunbladen. Kelk vaak lialf- onderstandig, 2-(tot 3-)spletig, vaak ten deele afvallend. Kroonbladen 4-6, vrij, vaak aan den voet verbonden, op den kelk ingeplant, in den knop- toestand dakpansgewijze liggend, soms ontbrekend. Meeldraden 3—15, soms aan den voet verbonden. Vruchtbeginsel meest 1-liokkig, uit 3 vruchtbladen gevormd , met bodemstandige zaadkoek en langgesteelde zaden, zeldzamer meerliokkig. Stijl aan den top of reeds geheel aan den voet gedeeld. Doosvrucht meest overdwars openspringend, 1-hokkig, veelzadig. Bloemen wit of geel (soms rood). Tabel tot het determineeren der jjeslachten der Portulacaceae. A. Bloemen meest vrij groot, '^ee\ of rood. Meeldraden 8-15. Stijl 3-6-spletig. Portulaca blz. 173. B. Bloemen klein of vrij klein, wit of rood. a. Hoogere bladen doorgroeid. Meeldraden 5. Stijl 3-spletig . Claytouia blz. 176. b. Hoogere bladen niet doorgroeid. aa. Bloemkroon trechtervormig, met ongelijk 5-deeligen zoom, de buis aan eene zijde opengespleten, wit. Meeldraden 3 (-5). Stempels 3, op een korten stijl. Montia blz. 174. bb. Bloemkroon 3-5-bladig of -deelig, rood. Meeldraden 3-5. Calaudrinia blz. 177. 1. Portuhlca ') Trn. Kelk 2-spletig, met afvallenden zoom. Kroonbladen 5, zelden 4 of 6, op de kelkbuis ingeplant, vrij of aan den voet vergroeid. Meeldraden vrij of aan den voet met de kroonbladen verbonden. Doosvrucht overdwars openspringend, veelzadig. Vleezige, bijna kale, gaffelvormig vertakte planten. Bloemen alleenstaand of in kluwens in de gaffeltakken staand. P. oleracea=) L Postelein (fig. 207). Uit den wortel komt een sterk gaffelvormig vertakte, liggende, vleezige, onbehaarde stengel. De bladen zijn langwerpig-wigvormig, aan den voet bijna steelvormig samengetrokken, tegen- overstaand of de b


Size: 1463px × 1708px
Photo credit: © The Book Worm / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants