. Iconologia, of, Uytbeeldingen des verstands : waer in verscheiden afbeeldingen van deughden, ondeughden, genegentheden, menschlijcke hertztochten, konsten, leeringen, sinlijckheden, elementen, hemelsche lichamen, landschappen van Italien, revieren van alle deelen des werrelts, en alle andere ontallijcke stoffen, met hare verklaringen, werden verhandelt : een werck dat dienstigh is, allen reedenaers, poëten, schilders, beeldhouwers, teyckenaers, en alle andere konstbeminders en liefhebbers der geleertheyt en eerlijcke wetenschappen ... . \s, diehy uyt loutere genaede voor ons neefc in-geftelt
. Iconologia, of, Uytbeeldingen des verstands : waer in verscheiden afbeeldingen van deughden, ondeughden, genegentheden, menschlijcke hertztochten, konsten, leeringen, sinlijckheden, elementen, hemelsche lichamen, landschappen van Italien, revieren van alle deelen des werrelts, en alle andere ontallijcke stoffen, met hare verklaringen, werden verhandelt : een werck dat dienstigh is, allen reedenaers, poëten, schilders, beeldhouwers, teyckenaers, en alle andere konstbeminders en liefhebbers der geleertheyt en eerlijcke wetenschappen ... . \s, diehy uyt loutere genaede voor ons neefc in-geftelt. En daerom finght DaVid tot God :Heercghy juli my yeaffchm , en ic^ fil witter Wordenals fnectcv. De eenfaeme plaetfe bediet het verbor-gen des herten, waer toe hy fich kecrende,en t gemoedjVan de ydelheden des wereltsontreckende , foo vind het vrede met God,en komt alfoo door fmerte van de fonde,Wederom in de g-enaede. Penitenza. Bcromv, Boete, E En magere vrouwe inafchverwe gekleer,houdende in de rechterhand een geelfcl,en in de flincker een kruys , waer opzy va-ileHjck ftaert. De afchverwe bediet, dar de Boctvaer- Pen I T E N 2 A. 41 dige fijn leven verre van de welluftlghedenmoet aflcheyden , en t vleefch niet lief-koofen. De tuchtinge is de verbeteringe fijns felfs,en t kruys is de lijdfaemheyt, door de ge-hjckheyt die de boetvaerdige verkrijgt meeChrifto 7fp,door de verachtinge des Werelts,nae fijne woorden : ïVie fjn kruys met op hemttcemt,en volght my nae^ die l^n mijn difcipel niet Kefen^ DiSCRE TIONE. Befeheydentheyt,. E En vrouwe die bedaeght en flaetigh isvan opfichr. t Kleed fal van goud zijn,en de mantel van purperroot, houdendet hooft fcheef nae de flincker fchouder , ende fiincker arm om hoogh gefteeckenjCn dehand open, alleens of zy met een ander me-delyden hadde , houdende in de rechterhand een Icsbifch looden liniael,enop haereknien fal een kameel leggen. Bcdaeghd en ftaetigh wort zy gemaelt,om dat in t vohnaeckt Ouder oordeel enBefcheydentheytis,waer over
Size: 1327px × 1883px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookauthorcastel, bookauthorripacesarefl1600, booksubjectemblems