. Vorstelijcke warande der dieren : waer in de zeden-rijcke philosophie, poëtisch, morael, en historiael, vermakelijck en treffelijck wort voorgestelt : mit exempelen uyt de oude historien, in prose . r Kunft-rijckelift Tot allerley gebreck en kranckheyd hulpe t Teerd niet minder loos, riep, 6 ter goeder ureïi \Heeft u Apollo hier tot my waerts- willen fturen! O z^Efculapi komt uy tnemenfte Do&oor ! Treetherwaertsmetukunft en komt mijn quale voor f •Want mijnen achtervoet my bangh maeckt en verlegen een groot gezwel daer onlangs aen gekregen : Ontzeght u hulpe niet, is t an


. Vorstelijcke warande der dieren : waer in de zeden-rijcke philosophie, poëtisch, morael, en historiael, vermakelijck en treffelijck wort voorgestelt : mit exempelen uyt de oude historien, in prose . r Kunft-rijckelift Tot allerley gebreck en kranckheyd hulpe t Teerd niet minder loos, riep, 6 ter goeder ureïi \Heeft u Apollo hier tot my waerts- willen fturen! O z^Efculapi komt uy tnemenfte Do&oor ! Treetherwaertsmetukunft en komt mijn quale voor f •Want mijnen achtervoet my bangh maeckt en verlegen een groot gezwel daer onlangs aen gekregen : Ontzeght u hulpe niet, is t anders in n macht Befmeeret met u zalve, op dat het wat Leeuw veynft zich gereet s Teer ds achter-voet te hcelen 2En fchikt zich achter aen: danti&wflachtnietden fchelen3 Het flaet den loozen Arts t hoef-yzer voor den kop j Dat hy ter aerden light een-flaeghs met eenen , T gaet zoo gemeenlijek, dat die andren neemt te plagen-,„ Die wort eerft zelfs geplaeght en moet zijn ftrafFe dragen: „ Die anderen t net voor-fpand oft eenen kuyl bereyd. „ Eerlangh zelfs in den ftrick oft in den afgrondleyd C iij Warande der Dieren7. 7)e Vos en defKraen* T-r * .?■*» f-»-r. GElijck de Kracn den Vos, alfoo heeft de Keyfer IufiinianusII zijnen vyandtbetaelt. Want als Leontius hem niet al-leen het rijck afnam, maer oock de neus had laten af-fhijden, endat Iuftinianus het Rijck weder verkreegh, foo heeft hy hem aenLeontio en den zijnen, daer van hy een groote menigte gevangenhad, wel gewroken. Want foo dickwils hy zijn neus fnoot,ende zijn afgemotfte neus aenraeckte, foo liet hy een van Leon-tij volck, niet alleen de neus, maer ook den kop af-houwen. FULGOSUS. VII. DE langh-gebeckte Kraen den fchalckén Vos Vos, die op de koomft van zijn vrundinnc paften, De fpijze rechten aen, in t plat van een platteel: (deel. Dies pronckten Juffrou Kraen, maer Reyntgen kreegh zijnDit heeft haer tot in t hert verdroten en gefpeten,Doch heeft zy t ongemerckt voor fuycker


Size: 1737px × 1439px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookdecade1680, bookidvorstelijckewara82vond, booksubjectemblems