. Iconologia, of, Uytbeeldingen des verstands : waer in verscheiden afbeeldingen van deughden, ondeughden, genegentheden, menschlijcke hertztochten, konsten, leeringen, sinlijckheden, elementen, hemelsche lichamen, landschappen van Italien, revieren van alle deelen des werrelts, en alle andere ontallijcke stoffen, met hare verklaringen, werden verhandelt : een werck dat dienstigh is, allen reedenaers, poëten, schilders, beeldhouwers, teyckenaers, en alle andere konstbeminders en liefhebbers der geleertheyt en eerlijcke wetenschappen ... . oodig heefntotte geduerigheyr, en om dat diefelve nietf
. Iconologia, of, Uytbeeldingen des verstands : waer in verscheiden afbeeldingen van deughden, ondeughden, genegentheden, menschlijcke hertztochten, konsten, leeringen, sinlijckheden, elementen, hemelsche lichamen, landschappen van Italien, revieren van alle deelen des werrelts, en alle andere ontallijcke stoffen, met hare verklaringen, werden verhandelt : een werck dat dienstigh is, allen reedenaers, poëten, schilders, beeldhouwers, teyckenaers, en alle andere konstbeminders en liefhebbers der geleertheyt en eerlijcke wetenschappen ... . oodig heefntotte geduerigheyr, en om dat diefelve nietfoude ftille blyven ftaen, foo keert en draytzy die geftacdigh om. Óp de aenmerckingevan den Rots en Klimop wil men dit feg-gen , dat die geenc die fich verbinden aeaden dienft der grooten , en daer in al hunnegedienftigheyt en plicht te wercke ftellen,dat het die gaet, gelijck de Klimop , want met-het Maeghdeken. Daer by maghmen af defè in hunne geduyrigheyt en befigheyt al- nemen dat de Leeuw Koning is van de aerd-fche Dieren, en de Adelaer Koninginne vanalle Vogelen inde locht,en hoe eedelder dateen Perfoon is , hoe hy oock Moediger enManhaftiger behoort te dedanck-baere gedachteniffe van de ontfangene wel-daeden in waerden te houden, tijt fteygrende, foo klimmenfe alïenskensom hoogh , en fich aen-de groote leunende,gelijck (ie Klimop aen de Rotfe , foo kan tniet zijn, of fbo zy om hoogh klimmen,datzy hier en daer geen groote aenlloot fou-den komen te lijden. S 3 Os£« 142 Obedienza Gehoorfiemhcyt, O E En Vrouwe van een cedel en ftatigh op-ficht in geeftlijcke klcedinge , houdendein de flincker hand een CruciHx , en in derechter hand een lock , met het opfchrifcS u A V E, dat is Itc^ijcl^oïfoct. De Gehoorfaemheyt is uyt haere naruyreeen Deughd, want zy beltaet daer in,dat zyhaere eygene luften,vrywilligh nae den willevan andere dat ten oplicht van tgoede,*t welck van ecnlichthertige nietge-tlaen wort, die niet gevoelt de pricklingevan
Size: 1349px × 1852px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookauthorcastel, bookauthorripacesarefl1600, booksubjectemblems
