. Beschouwing der Wereld . bende de gedaante derkennijfeender waarheid in de wet. z Timotheus III: 1,2,3,45:. En weet dit, dat in de laatftc dagen ontfiaan zul-len zwaare tyden. IVani de merfchen zullen zyn liefhebbers van haarzefoen, geldgierig, ïaatdunkige, hovaardig, laf e-raars , den ouderen ongehoorzaam , ondankbaar ,onheilig, Zonder natuurlykeiiefde , onverzoenlyk , achter-klappers , onmaat ig, wreed, zo, der liefde tot de goede , Vértaders , roekeloos , opgeblazen, ?/2w liefheb-bers der wellufien dan liefhebbers Gods: Hebbende een gedaante van Godzaligheid, maardie de kracht der zelve v


. Beschouwing der Wereld . bende de gedaante derkennijfeender waarheid in de wet. z Timotheus III: 1,2,3,45:. En weet dit, dat in de laatftc dagen ontfiaan zul-len zwaare tyden. IVani de merfchen zullen zyn liefhebbers van haarzefoen, geldgierig, ïaatdunkige, hovaardig, laf e-raars , den ouderen ongehoorzaam , ondankbaar ,onheilig, Zonder natuurlykeiiefde , onverzoenlyk , achter-klappers , onmaat ig, wreed, zo, der liefde tot de goede , Vértaders , roekeloos , opgeblazen, ?/2w liefheb-bers der wellufien dan liefhebbers Gods: Hebbende een gedaante van Godzaligheid, maardie de kracht der zelve verloochent hebben. Hebt ookeenen afkeer van deze. Judas vers 10, 11. Maar deze, t geene zy niet en weet én, dat laf! : en f geene zy natnurlyk , als de onredelyke die-ren , weeten, in t zelve verdei ven zy haar. Wee haar , want zy zyn den weg Kaïns ingegaan ,en door de verleidinge desloonsBalaamszynzyheenengejïort, en zyn door de tegenfpreekinge Kor e Dk 270 BESCHOUWING De H O NI NGBY,Na den aard is,. Eet honing, myn zodne, want hy is goed: en honing-zeem is zoet voor uw gehemelte. Zodanig is de kennijjèder wysheid voor uwe ziele: als gy ze vind, zo zalderbeiooninge weezen : en uwe verwachtinge en zal nietafgefneden worden. Spreuken XXIV: 13, 14» Die dek WERELD, 271 Die t goede mind, Het goede vind. J\\ vliegd de By op veele blommen, Nochtans zal hy met geene dragt,Van gift, of andre onaard kommen , Maar was en honing is zyn hoorden ook des ménfchen zinnen In haaren uitvlucht van t gemoed,t Fenyn te laaten aan de fpinnen , En haaien niet als hemels zoet;Vergaarende een hert vol honing, Zo deelden hem t geluk niet mis,Zo vond hy by de hoogde wooning Een land, daar t eeuwig Zomer zouw hy zich zo fchoon vermeiden, En vliegen veilig in en uit,En op de Paradys-bloem weiden, Daar wierd zyn weelde nooit Menfch tot hooger eind gefchapen, Als dat gy t doodelyk fenyn,Van s werelds ydelheid zoud raapen, Uit bloemen van een fchoone fchy


Size: 1518px × 1645px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthorluikenjan16491712, bookde, booksubjectemblembooksdutch