. De inlandsche kunstnijverheid in Nederlandsch Indië . d-Celebes en voornamelijk in Sindjai weeft men het ban da, een weefsel met 293 gekleurde of ongekleurde, katoenen schering en een immer ongekleurden inslag van uit aloë-vezels verkregen garens. Daar in Zuid-Celebes de inslag van het band a-goed altijd ongekleurd is, kan men geen geruitepatronen in het weefsel aanbrengen; wel maakt men in de schering soms gekleurde een weefsel, van danas sabrang of van aloë-vezels vervaardigd, is glanzend en dun,heeft wel wat van Chineesche zijde, zou als japon-goed of kleedingstof geb
. De inlandsche kunstnijverheid in Nederlandsch Indië . d-Celebes en voornamelijk in Sindjai weeft men het ban da, een weefsel met 293 gekleurde of ongekleurde, katoenen schering en een immer ongekleurden inslag van uit aloë-vezels verkregen garens. Daar in Zuid-Celebes de inslag van het band a-goed altijd ongekleurd is, kan men geen geruitepatronen in het weefsel aanbrengen; wel maakt men in de schering soms gekleurde een weefsel, van danas sabrang of van aloë-vezels vervaardigd, is glanzend en dun,heeft wel wat van Chineesche zijde, zou als japon-goed of kleedingstof gebruikt kunnen wordenen is daarom nog al gewild. In de Minahassa werden vroeger weefsels gemaakt van waoe of gekauwde bamboereepen(zie hoofdstuk: Materialen). Van zulk een weefselwerd gewoonlijk een kar ai gemaakt, een kleedin den vorm van een hemd, dat met tot verschil-lende figuren uitgeknipte stukken katoen indiverse kleuren beplakt werd. Enkele exempla-ren van een dergelijke k a r a i heb ik door ledenvan de kabësaran te Kakas zien dragen tijdens.
Size: 1307px × 1911px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookdecade1910, booksubjectweaving, bookyear1912