. Beschryving van Ysland, Groenland en de Straat Davis. : Bevattende zo wel ene bestipte bepaling van de ligging en grote van die eilanden, als een volledige ontvouwing van hunne inwendige gesteltenis, vuurbrakende bergen, heete en warme bronnen enz. een omstandig bericht van de vruchten en kruiden des lands; .... Anderson, Johann, 1674-1743; Natural history; Natural history; Eskimo languages; Indian linguistics; genealogy. 228 BESCHRYVING van GROENLAND, 't eten, en vreten meeflerlvk; daar na liaan zy op, om te /pe- len. Zy hebben, namelyk , een zoort van- T sommen, welke niet anders zyn, dan


. Beschryving van Ysland, Groenland en de Straat Davis. : Bevattende zo wel ene bestipte bepaling van de ligging en grote van die eilanden, als een volledige ontvouwing van hunne inwendige gesteltenis, vuurbrakende bergen, heete en warme bronnen enz. een omstandig bericht van de vruchten en kruiden des lands; .... Anderson, Johann, 1674-1743; Natural history; Natural history; Eskimo languages; Indian linguistics; genealogy. 228 BESCHRYVING van GROENLAND, 't eten, en vreten meeflerlvk; daar na liaan zy op, om te /pe- len. Zy hebben, namelyk , een zoort van- T sommen, welke niet anders zyn, dan een weinig brede en rond te zal- men gezetten hoepelen van benen van dieren, waar overeen vel ftrak is gefpannen , en waaraan , vermits alleen de bo- venzyde overtogen is , vaa onder met een flok een geraas gemaakt word. Die Trom neemt een in de hand , fielt zich in het midden, en de overigen rondom hem. Welhaaflfc begint hy de Trom te roeren en te zingen van hunne vifch- vangft , jagten , reizen en wat hem voorts in de gedachten fchiet, naar zekere wyzen,die hun bekent zyn, en gezegt wor- den, enigzints aartig te luiden , en maakt ook allerly kluchtige grimalTen , gebaarden en fprongen ; wordende hy , die zulks het zotfl doen kan, altoos voor den beften man gehouden. De overige aanwezende mannen en vrouwen flemmen hierin over- een, en huppelen ook wel van het ene been op-het ander. Als de een vermoeit is, treed de ander in zyne plaats, neemt de Trom, en zet hetipel voort, tot zy alle moede worden; ja al- les, wat zy met malkander te fpreken , te handelen , of af te doen hebben , gefchied by het trommen en zingen. Wanneer zy een togt of vangfl zullen ondernemen, word zulks op die wyze afgefproken. Als. iemand gaarne iets wil verruilen of vertuiflchen, veild de trommeJflager dat ding, en zegt daarby, dat dit of dat 'er voor begeert word; als dan iemand onder den hoop eanfiamment. Echter heeft men ook het nut der muziek by geeflelyke oef- feningen, waarin 's menfchen gemoed noch


Size: 1026px × 2435px
Photo credit: © Library Book Collection / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., booksubjectindianlinguistics, booksubjectnaturalhistory, bookyea