. Jezus en de ziel : een geestelyke spiegel voor't gemoed, bestaande in veertig aangenaame en stichtelyke zinnebeelden . ezet van gruuwlen en van zonden. Nu zien wy t hoog en diep verfchil,En hoe wy zyn het tegendeel des Heeren; Wy vinden vlees, en eigen wil >Die tegen God en zynen wil begeeren. Wy vinden Duivel, Hel en Dood,En alles wat afgry flyk is voor Gode; Wat raad, in deeze hoogfte nood ?Wy vindent zo: Indien ons God niet nooden , En trok, wy dorden nimmermeer,Van fchaamte, voor zyn heilig aanfchyn komen. O wee! ö ach ! myn God, myn Heer!Wat heeft de plaats des herten ingenomen! Den
. Jezus en de ziel : een geestelyke spiegel voor't gemoed, bestaande in veertig aangenaame en stichtelyke zinnebeelden . ezet van gruuwlen en van zonden. Nu zien wy t hoog en diep verfchil,En hoe wy zyn het tegendeel des Heeren; Wy vinden vlees, en eigen wil >Die tegen God en zynen wil begeeren. Wy vinden Duivel, Hel en Dood,En alles wat afgry flyk is voor Gode; Wat raad, in deeze hoogfte nood ?Wy vindent zo: Indien ons God niet nooden , En trok, wy dorden nimmermeer,Van fchaamte, voor zyn heilig aanfchyn komen. O wee! ö ach ! myn God, myn Heer!Wat heeft de plaats des herten ingenomen! Den Ouden Menfch, dat booze kind ,Door t regimeiKkder Sterren voortgedreeven. Is met den Duivel hoog bevrind,Dat zyner twee, die paflen op myn leven. Ach Slangen-treeder ftaat my by,Ik arme Ziel > ik ftryde voor uw eere: Ik voor myn God, en God voor my,Zo zullen wy den vyand noch braveeren. Goddelyk Antwoord. /\/ waaren uwe zonden als fch ariaken, £y zullen witvjordenalsfaeeuw. Jezaias I: \%> Komt herwaarts tot my alle die vermoeid, en belafi ZVt,fnikzaluruftegeeve», Matth: XI: 28. Twift HET EERSTE DEEL. fwifi, Hme, mttmynetwifters;ftryi mtt wy«*heliryders. Grypt denfchïUenrondafft, enftaatop tot myntrhuift. PfalmXXXV:i,z. B4 Op *4 JEZUS en de ZIEL,öp het IV. Zinnebeeld. Van het vinden zyns zelfs, en vanrecht] cbaapen ernft* W anneer in de Ziek den vork der liefde Godsopenbaar word, zo beziet zy haar zelve, met haarwilleen werken, en word gewaar, dat zy in derHellen, in den toorn Gods itaat, en hekend, datzy een wanfchaapen Monfter voor God en het He-melryk is; daar overz) zozeervcrichrikt, dat inhaar een grooten angft op waakt, maar zy zal nietvertwyfelen. Chriftus. roept haar ter bekeennge,zy kome maar, zo wil hy ze verloflen van het beelddei Slange. Zoek niet wydloopig na den rechten Men vind de nieuwe wedergeboorte niet intwift, ook in geener wyzen vernuft : Gy moetalles wat in deeze wereld is, het zy zo hoog glin-fterende als het wil, vaaren laaten, en in u
Size: 1447px × 1726px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookauthorluikenjan1, booksubjectemblems, booksubjectjesuschrist