. De flora van Nederland. Plants. 80 â BORAGINACEAE. FAMILIE 92. P- Bloemkroon groenachtig geel of geelachtig wit, klein, buis-trechter- vormig Lithospermnm ofHclnale biz. 98. j'. Bloemkroon blauw of violet of in het begin geel, later blauw, meest klein. aa. Keelschubben kaal, geel. Bloemkroon trompetvormig. Myosotis bIz. 100. /?/?. Keelschubben behaard, wit Anchusa blz. 87. 1. Heliotrópiuni ^) Trn. H. europaéum-) L. Heliotroop (fig. 97). Deze plant is lichtgroen, grijsachtig behaard door korte, aangedrukte haren, die op een knobbelvoet staan. De wortel is dun, de stengel rechtop- staand, ve


. De flora van Nederland. Plants. 80 â BORAGINACEAE. FAMILIE 92. P- Bloemkroon groenachtig geel of geelachtig wit, klein, buis-trechter- vormig Lithospermnm ofHclnale biz. 98. j'. Bloemkroon blauw of violet of in het begin geel, later blauw, meest klein. aa. Keelschubben kaal, geel. Bloemkroon trompetvormig. Myosotis bIz. 100. /?/?. Keelschubben behaard, wit Anchusa blz. 87. 1. Heliotrópiuni ^) Trn. H. europaéum-) L. Heliotroop (fig. 97). Deze plant is lichtgroen, grijsachtig behaard door korte, aangedrukte haren, die op een knobbelvoet staan. De wortel is dun, de stengel rechtop- staand, vertakt, eenigszins scherp. De bladen zijn gesteeld, aan weerszijden witachtig groen, eirond-elliptisch, met con- vergeerende nerven, stomp, gaafrandig. De bloemen staan schijnbaar in aarachtige bloeiwijzen, die alleenstaan of 2-3 bijeen zitten aan de toppen der takken. De bloemen zijn klein, zittend, zonder schutbladen. De kelk is dicht behaard, diep ingesneden, met 5 lancetvormige, stompe slippen, die om de vrucht stervormig zijn uitgespreid, dus blijven. De bloemkroon is wit of witachtig lila, trompetvor- mig, met behaarde buis, die even lang als de kelk is en korter dan de zoom, zonder schubben aan de keel, met 5 stompe lobben, die gescheiden zijn ïïöor een overlangsche vouw en vaak door een kleinen tand. De meeldraden zijn in de bloemkroonbuis ingesloten en hebben zeer korte helm- draden. De stijl is kort met een bijna kegelvormig verlengden stempel, die langer is dan de stijl. Het vruchtbeginsel is tijdens den bloeitijd ongedeeld. De vrucht is gevormd door 4 zich later scheidende, gladde of kort behaarde, eirond-driehoekige, rimpelige, sterk knobbelige deelvruchtjes zonder ribben (fig. 97). 0. 1,5-3 dM. JuniâAugustus. De bloemen zijn sterk riekend. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt in Midden- en in Zuid-Europa op droge, steenachtige plaatsen voor. In ons land is zij enkele malen aangevoerd gevonden aan de oevers der groote rivieren bij N


Size: 1426px × 1753px
Photo credit: © The Book Worm / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants