. Vorstelijcke warande der dieren : waer in de zeden-rijcke philosophie, poëtisch, morael, en historiael, vermakelijck en treffelijck wort voorgestelt : mit exempelen uyt de oude historien, in prose . eenfchip, deed het doorboren endefincken. Valerius Maxi-mus. XXIX. HEt krom-gehoornde beeft dcnhoy-bergh hongrigh raecktcDaer eenen grauwen T>og zijn bedde en neft af maekte:Die als hy werd gewaer de komft des grooten Stiers,Heeft hy hem afgeweert van t hoy met veel getiers :Dies heeftt verhongert dier zijn droeve ftem verheven,loemacker! gunt my t hoy, en houd myby den leven;T is t eygenft da


. Vorstelijcke warande der dieren : waer in de zeden-rijcke philosophie, poëtisch, morael, en historiael, vermakelijck en treffelijck wort voorgestelt : mit exempelen uyt de oude historien, in prose . eenfchip, deed het doorboren endefincken. Valerius Maxi-mus. XXIX. HEt krom-gehoornde beeft dcnhoy-bergh hongrigh raecktcDaer eenen grauwen T>og zijn bedde en neft af maekte:Die als hy werd gewaer de komft des grooten Stiers,Heeft hy hem afgeweert van t hoy met veel getiers :Dies heeftt verhongert dier zijn droeve ftem verheven,loemacker! gunt my t hoy, en houd myby den leven;T is t eygenft dat ick heb, ghy hebt geen hoy van doen:Hoy boet u honger niet, noch t kan geen Honden voê zeght de Blaffer, neen; paft flucx dees plaets te ruymen;|r is waer, ick eet geen hoy, maer t hoy is my als pluymen :j T hoy doet my flapen (acht, t is t bedde van mijn koy, T brenght ruft en welluft aen, dus packt u van mijn is denboozen aert van veel broot-dronken menfchen,j Die in welluftigheyd na haren luft en wenfchen„ Onnuttelijck verdoen,tgeen darme ontbeert ter nood,„En wey gren in haer weeld den hongerigen t brood, 9 30 Warande dek Dieren. 30. T>overladen Ezel en V AL(oo heeft het tóegegaen met Qftavia, ghde ?opp£a Sahins Neroniswijven. Want Nero quelde ende mishandelde OBaviam zeer qualijck:maer Toppaa, die Neroni zeer lief was, had met Ottawa geen nu Oftavia foo zeer beiwaert was, ende de mishandelingt niet langerverdragen konde, ende dat Nero oock merckte datet haer heï mecfte leet was,dat Poppaa geen meelijden met haer hadde, fóo hield hy op Oftaviam f#obard te quellea, cade begoftc Popptafn van gelijken te doen. Suetonius. XXX. DEn Ezel overlaen en met veel packen zwanger,Viel zijnen zwaren laft op reyze langs hoe banger:Dies hy zijn reys-gezel aemachtigh moede en mat,Het weeldigh Ros om hulpe en wat ontlaftingh welck voerloos niet alleen hier door niet werd betogen yvlaer heeft den armen Muyh van troffen krom gebogen


Size: 1683px × 1484px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookdecade1680, bookidvorstelijckewara82vond, booksubjectemblems