. Goddelyke liefde-vlammen, van een boetvaardige, geheyligde, liefhebbende, en aan haar selfs-stervende ziele : in drie deelen verdeelt, af-gebeeld door vijftig nette koopere figuuren : neffens haar verzen, aanmerkingen, gezangen, en ziel-zuchtingen . n , tegen de Geweldhebbers der wereld,., der Duyfter-nijfe defer Eeuwe , tegen de Geefielijcke boosheden infh lucht, Üt V. Fï» S| GODDELYKE V. Figuur. WAt is de eenfaamheyd een koftle fcfrat te achten!Komt gy, o Zielen-vriend, en laat ons bey vernag-ten,Hier in de eenfaamheyd, van t aards gewoel ontbloot,Daar kan ik klagen Heer u al mijn Zielen n


. Goddelyke liefde-vlammen, van een boetvaardige, geheyligde, liefhebbende, en aan haar selfs-stervende ziele : in drie deelen verdeelt, af-gebeeld door vijftig nette koopere figuuren : neffens haar verzen, aanmerkingen, gezangen, en ziel-zuchtingen . n , tegen de Geweldhebbers der wereld,., der Duyfter-nijfe defer Eeuwe , tegen de Geefielijcke boosheden infh lucht, Üt V. Fï» S| GODDELYKE V. Figuur. WAt is de eenfaamheyd een koftle fcfrat te achten!Komt gy, o Zielen-vriend, en laat ons bey vernag-ten,Hier in de eenfaamheyd, van t aards gewoel ontbloot,Daar kan ik klagen Heer u al mijn Zielen nood ,Daar kan ik my, óöodt! voor u ter neder Hellen ,En u mijns herten wee gemoedelijk kan ik tot u Heer uytboefemen mijn ftaat sEn hoe t mijn arme Ziel op defe wereld Eenfaamheyd! wat zyt gy te waardeeren ?Als ik maar in t gelicht heb u mijn lieffte Heere ?U, door t Geloof gefien, gegrondveft in het hert,Geneeft de Ziel van leed,van droef heyd en van fnaert. Spreuk. 18. vers i. Die jïch affindert, tragt na wat begeerlijk*. Hy ver*mengtfich in alle befiendige vpijsbeyd. V. Fi. LIE F DE -VLAM M EK. 8* V. Figuur. P/alm 18. vers 20. ^— Ende hy voerde my uyt in de ruymte, hyrukte myuyt; want hyhaddeluft aan Pfatm 119» vers 9. * Ik fal wandelen voor het aangefichte des Heeren ,in de Landen der levenden. G 3 SS G OD D E IYK E Aanmerking op de V. Figuur. OStill, en foete Eenfaamheyd!Wat zy t gy koMijk te waardeeren ? Wanneer de Ziele bezig leydIn t werk van haren Liejften Heere. Wanneer men op den velde gaat,Met Jefus in het hert en oogen, En waar men maar zyn oogen flaat»Aanmerkt des Heeren groot vermoogen. O Leeraar! koftlijk voor t gemoed,Ay! leert my uyt uw fchoone werken, Dit doet mijn Ziel byibnder goed jAls t hert bereyd is op te merken. Kom laat ons dan na buyten gaan,O lieve Heer! mijn Ziels beminde, En d oogen op uw fchoonheyd liaan,Die in uw daden zyn te vinden. O ! eenig al van mijn gemoed,OJ leyd my in uw graasge wcyden, Daar gy


Size: 1412px × 1769px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookidgoddelyke, booksubjectemblembooksdutch, booksubjectemblems