. Voncken der liefde Jesu, van het Godt-begerende zielen-vuur : zynde bloemetjes der saalige hoope, tot verheugelykheid der wandelaars, langs den weg, na vreeden-ryk : een behelsinge van vyftig sinne-beelden, met hunne, daar op speelende, verssen, en heylige spreuken . Dat heemels purper was het Goud om u te l{popzn , Behahen dit, was uw Elendigheidgeen raad. 8. Heblief verlof eZiel, heb lief, die u beminde,Hl is defchoonjie, y44, van alle die daar %yn , Begraaft uwjehat in hem, gy %ultfe eeuwig \efus i Bruydegcm, en Zielen mcdecyn l 9- Wat % yn/ voorplaatjcn, die als morgen jlerre


. Voncken der liefde Jesu, van het Godt-begerende zielen-vuur : zynde bloemetjes der saalige hoope, tot verheugelykheid der wandelaars, langs den weg, na vreeden-ryk : een behelsinge van vyftig sinne-beelden, met hunne, daar op speelende, verssen, en heylige spreuken . Dat heemels purper was het Goud om u te l{popzn , Behahen dit, was uw Elendigheidgeen raad. 8. Heblief verlof eZiel, heb lief, die u beminde,Hl is defchoonjie, y44, van alle die daar %yn , Begraaft uwjehat in hem, gy %ultfe eeuwig \efus i Bruydegcm, en Zielen mcdecyn l 9- Wat % yn/ voorplaatjcn, die als morgen jlerren blinden ? O Bruydegomdcr heylsl ons weetentelter vyf>t Zyn liefde teekens , die ons onheyl dee den fine ken , Vyf wonden van het kyuys , aan/ ooverheylig lyf: 10* Dief aan tot een triomph , om eeuwig op te haaien,Een [lof, van prys en lof, voor / heylig aangeficht, Terwyl uw Majcficyt > metgloet en glans van $r aaien,Het hert tot vrcigd verwedt, in Godt, dat liefden licht. t Ver- lo V O N C K E N III. t Verborgen goed, Trekt ons gemoed, . ^_. Vcwyl dan alle decfe dingen vzrgaan^bocdaanig foboorden£y te ^yn in beyligen wandel en Godjaaligheyd. z Fctr. vers n. Een der LI E F D E ] E S U. Een dingh is noodigh. Luc 10. 4^* X^s een, Alles wat men (iet,Gy zyt myn lieffte eeuwig Nietsj iets, booven alle finnen,Een A l , daar t al af quam ,Wat ooyt beginfel nam,Ist goed, en ibet, dat wy zoo zeer beminnen*Al is het Ryk der tyd,Byfonder groot en wyd,Noch is het ons te nauw, en eng van paaleti:Wat baare ik meenig lucht,In Godt, die ruyme lucht,Myn aademtocht intZielenvuur te haaien,t Is waar, ö waerelds RykWy zyn , in uwen wyk,Ën t vreemde land van uw gebied, gebooren ,Maar t vuur der eeuwigheyd,Beilooten in de Tyd,Wil fich, in dafch,van t vlees niet laaten ftaat wel op uw Regt,Dat ons Gemoed, als knecht,En onderdaan, zou danflen . naar uw pypen,Maar hier in zyn wy ftout,Hoe zeer gy t teegen houd, Op n VONCKEN Op ban, en boet, omGodtnaatHerttegrypen.


Size: 1451px × 1722px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookdecade1690, booksubjectemblems, booksubjectmysticism, bookyea