. Beschryving van Ysland, Groenland en de Straat Davis. : Bevattende zo wel ene bestipte bepaling van de ligging en grote van die eilanden, als een volledige ontvouwing van hunne inwendige gesteltenis, vuurbrakende bergen, heete en warme bronnen enz. een omstandig bericht van de vruchten en kruiden des lands; .... Anderson, Johann, 1674-1743; Natural history; Natural history; Eskimo languages; Indian linguistics; genealogy. 28o AANHANGZEL bet fianh fiaf be ^ftafet ^immeï og %mm. 3 £ftaï¥ ïfoefaa W ïoftc «*ub benb gan^e bag- 1 païl tacïje taniem at panb öat mort efcer borftanfctae. ^ïïerm


. Beschryving van Ysland, Groenland en de Straat Davis. : Bevattende zo wel ene bestipte bepaling van de ligging en grote van die eilanden, als een volledige ontvouwing van hunne inwendige gesteltenis, vuurbrakende bergen, heete en warme bronnen enz. een omstandig bericht van de vruchten en kruiden des lands; .... Anderson, Johann, 1674-1743; Natural history; Natural history; Eskimo languages; Indian linguistics; genealogy. 28o AANHANGZEL bet fianh fiaf be ^ftafet ^immeï og %mm. 3 £ftaï¥ ïfoefaa W ïoftc «*ub benb gan^e bag- 1 païl tacïje taniem at panb öat mort efcer borftanfctae. ^ïïermcft ?ftaïï i tartjc öannem / at |an# kon er fflcftien atëengfte og bob for eber/naa bet netje gftulfe torn* we tiï Wiieïni.^crfor cïéft 43ub| £ ên igien- 3! gfeaü fengte benb/ fcrsftrccïjeïtge €>ub/ og fortorne tjam ic&e. Mm forta i ïcfte gure faaïcötë/ ba ftanb i fcfte ïjeïïer fiomme tffl lummelen / men ®iefl»j ïcn eftaïï tage cber / tgi aïïene be fom frngtc i\H gbn lefum Cjjrift païï ftomme tiïï ^imnwfrn, Hollandfch. §> o. Wv KabïunaChers (dat is, Groenlanders) waren in den beginnen wy ook van God niets het geringde willen. Doch God zond zyne prieiters tot ons , welke ons onderwezen van God den Schepper des Hemels. Daarop geloofden wy alle te zamen m God en saven vlytig acht op 't onderwys der prieiters, en thans beminnen wy God, en willen hem ook altyd beminnen. Gy ziet, dat wy 's morgens en 's avonds God loven, ook dat als wy gaan e- ten of als wy gegeten hebben wy God loven en danken voor de fpvze en ons beilaan. Den zevenden dag houden wy heilig en ar- beiden niet, maar loven God den gantichen dag. Wy eren ook God. Indien wy zulks niet deden , konden wy niet m den Hemel komen Wilt gy nu ook alzo in den Hemel komen, alwaar gy nooit fterven zult, zo is het niet genoeg zulks te geloven. Gy moet ook God den Schepper des Hemels loven 's morgens en s avonds gelyk wv Gy moet God altyd danken , dat hy u beft


Size: 1694px × 1475px
Photo credit: © Library Book Collection / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., booksubjectindianlinguistics, booksubjectnaturalhistory, bookyea