. De inlandsche kunstnijverheid in Nederlandsch Indië. Fig. 25. Het ophangen en drogen van de doeken,die pas met soga gekleurd zijn. Plaat 3. KAÏN GRÈSIKKAN OF KAÏN DOELITTAN. (Zie blz. 40, 41, 46, 70, 227, 228.) mijn werk over de weef kunst in den Archipel, in Sumatra als a m b a 1 a u (in Atjeh als m a 1 o ë)bekend is, en ook wel g a 1 a - g a 1 a genoemd wordt. Deze verfstof, welke een mooi karmijnrood geeft, bestaat vermoedelijk uit de afscheidingspro-ducten van de cochenielje-schildluis. In zijn opstel: Gala-gala (Teijsmania, jaargang 1901J, schrijft Dr. W. G. Boorsma:„De
. De inlandsche kunstnijverheid in Nederlandsch Indië. Fig. 25. Het ophangen en drogen van de doeken,die pas met soga gekleurd zijn. Plaat 3. KAÏN GRÈSIKKAN OF KAÏN DOELITTAN. (Zie blz. 40, 41, 46, 70, 227, 228.) mijn werk over de weef kunst in den Archipel, in Sumatra als a m b a 1 a u (in Atjeh als m a 1 o ë)bekend is, en ook wel g a 1 a - g a 1 a genoemd wordt. Deze verfstof, welke een mooi karmijnrood geeft, bestaat vermoedelijk uit de afscheidingspro-ducten van de cochenielje-schildluis. In zijn opstel: Gala-gala (Teijsmania, jaargang 1901J, schrijft Dr. W. G. Boorsma:„De cultuur van cochenielje is uit Amerika naar verschillende andere wereldstreken overge-bracht, in de vorige eeuw ook naar Java, waar zij evenwel reeds sinds jaren geheel opge-geven schijnt. Trouwens, over het algemeen is de beteekenis van de cochenielje-teelt in onzentijd belangrijk verminderd, tengevolge van de concurrentie der teer-kleurstoffen, die het ge-bruik van karmijn gaandeweg grootendeels verdrongen prijs van blëndok trémbalo is/ 120—ƒ 150 per pikoel. Sarikoening. Hieronder wordt in Midden- en West-Ja va iet
Size: 1278px × 1955px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookdecade1910, booksubjectweaving, bookyear1912