. De Onwaardige Wereld . : 32. De godlooze zal heenen gedreeven worden in zynquaad: maar de rechtvaardige betrouwd [zelfs]in zynen dood. Jezaias WERELD. 187 J ezaïas XL: 6, 7, S. Een femme zeid: Roept, cnhyzeid, Wat zaïik roepen ? Alle^plees is gras, en alle zyne goeder-tierenheid ah eenbloeme des velds. Het gras verdord, de bloeme valt af, als de Geeftdes HE E REN daar in blaafl: voorwaar betvolk is gras. Het gras verdord, de bloeme valt af: maar hetivoor d onzes Gods b e [laat in der eeuwigheid. Luk as V 1: 24,25*. Maar wee u gy ryke, want gy hebt uwen trooft♦ weg. [Vee u die verzadigt zyi:


. De Onwaardige Wereld . : 32. De godlooze zal heenen gedreeven worden in zynquaad: maar de rechtvaardige betrouwd [zelfs]in zynen dood. Jezaias WERELD. 187 J ezaïas XL: 6, 7, S. Een femme zeid: Roept, cnhyzeid, Wat zaïik roepen ? Alle^plees is gras, en alle zyne goeder-tierenheid ah eenbloeme des velds. Het gras verdord, de bloeme valt af, als de Geeftdes HE E REN daar in blaafl: voorwaar betvolk is gras. Het gras verdord, de bloeme valt af: maar hetivoor d onzes Gods b e [laat in der eeuwigheid. Luk as V 1: 24,25*. Maar wee u gy ryke, want gy hebt uwen trooft♦ weg. [Vee u die verzadigt zyi: want gy zult honge-ren: Wee u die nu lacht: want gy zult treuren enweenen. • Jakobus IV: 14. Diegf nieten weet wat morgen [gefch ie den zal:jWant hoedaanig is uw keven ? Want het is eendamp die voor een weinig [tyds~] gezien wordj endaar na verdwynd. 1 Joamnes II: 17. En de wereld gaat voorby, en haare be^eerlyk-heid: maar dis den wille Gods doet, blyft in dereeuwigheid. N De iS8 De ON WAARDIGEXLVLDe Ongelykc Den rechtvaardigen en zal geen leed wedervaaren fmaar de godlooze zullen met auaad verwikt XII: 21. • Of WERELD. i8j> Op Figuur XLVI. wee moefren door de Doornen gaan,Om onvermydclyke reden, Den Ecnen had een Harnas aan,Van boven t hoofd tot aan beneden. Daar vond de fcherpe punt geen vat,Om fel te fcheuren en te fteeken, Maar alles vaft en hard en glad ,Om onverhinderd door te breeken. Maar dAnder mceltendeelc naakt,Behalven c fobrc dat hem kleeden, Wierd deerlyk rood van bloed gemaakt,Door t fcheuren van zyn kleed en leden. 6 Dood! zo gy die Doornen zyt,Die elk, noodwendig moet paiTeeren, t Is waardig, dat wy al den tyd,Dat noodig Harnas-maaken, leeren. Wat is t onnozel, die het ziet,Dat veelen al haar gantfe leeven, Door bezigheden, anders niet,Als t dunne kleed des werelds weeven! N z Da* 190 DeONWAARDIGE Dat fcheurd en breekt in ftervens nood,En laat voor Punten ende haaken, JDe arme Ziele naakt en bloot,Om haar zo rood als bloed


Size: 1638px × 1525px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthorluikenjan16491712, bookde, booksubjectemblembooksdutch