. De Dierentuin van het Koninklijk Zoologisch Genootschap Natura Artis Magistra te Amsterdam. Zoos; Birds. Op het vasteland van Oost-Indië heeft men eene soort, Nielgau, Antilope picta, genoemd, die in allerlei opzigten van de overigen afwijkende, als het ware, geheel op zich zelve staat. Dit dier valt voornamelijk in de oogen door eene groote haarkwast, die van achter de keel afhangt. De horens, die bij het wijfje steeds ontbreken, zijn klein, regt of zelfs een weinig naar voren gekromd. De wijfjes en jonge mannetjes zijn bruin, de oude mannetjes bruinzwart van kleur, maar de enkels zijn bij


. De Dierentuin van het Koninklijk Zoologisch Genootschap Natura Artis Magistra te Amsterdam. Zoos; Birds. Op het vasteland van Oost-Indië heeft men eene soort, Nielgau, Antilope picta, genoemd, die in allerlei opzigten van de overigen afwijkende, als het ware, geheel op zich zelve staat. Dit dier valt voornamelijk in de oogen door eene groote haarkwast, die van achter de keel afhangt. De horens, die bij het wijfje steeds ontbreken, zijn klein, regt of zelfs een weinig naar voren gekromd. De wijfjes en jonge mannetjes zijn bruin, de oude mannetjes bruinzwart van kleur, maar de enkels zijn bij beide seksen en in eiken leeftijd met twee witte ringen versierd. De Nielgau bereikt nagenoeg de grootte van ons wild hert. maar zijn ligchaam helt naar achteren sterk af. Hij werd reeds door de togten van Alexander den Groote aan de oude Grieken bekend, en door hen sHippelaphus" genoemd, hetgeen «Paardehert" beteekent, maar deze naam werd zeer ten onregte door de nieuwe schrijvers op het groote, wilde hert van Oost-Indië toegepast. Men heeft eenige soorten van Antilopen, die in hare gestalte en grootte veel overeenkomst met de geiten hebben en derhalve ook Gril-Anlüopen genoemd worden. Zij hebben kleine, een weinig naar achteren gekromde en van ringen voorziene horens, eenen korten staart, en stug, tamelijk of zeer lang haar. Men treft deze dieren aan op de gebergten van Middel- en Oostelijk Azië, terwijl ook eene soort het Westelijk Noord-Amerika bewoont. De grootste soort van Geit-Antilopen is de Thar, Antilope hubalhm. Zij bewoont Nepaul, bereikt nagenoeg de grootte van het Damhert, is bruin van kleur met rosse pooten, en heeft eene zwarte streep langs den rug. Op voornoemd gebergte heeft men eene kleinere soort, den Goral, Antilope (joral. Verschillend van beiden is de Antilope Sumatrana, die op het eiland Sumatra aangetroffen en aldaar sKambing-hoetan" genoemd wordt, hetgeen Boschgeit beteekent. Zij is zeer kennelijk door hare zwarte kleur, die ecliter


Size: 1942px × 1287px
Photo credit: © The Book Worm / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1800, bookdecade1870, booksubjectbirds, bookyear1872