. Stichtelyke zinnebeelden gepast op deugden en ondeugden : in LVII tafereeelen vertoont . erworpen zyn * omdat zy in zich zelven de ga-ven niet beipeuren , die anderen medegedeelt die van zyn eigen deugt en goede gaven ver-zekert is, zal dergelyke aen anderen niet Fabelfchryvers getuigen hier by dat het Paleisdezer afzichtige Godinne kout is : het geen getrok-ken fchynt te zyn uit de ftelling der Natuurkundi-gen , die ons willen doen gelooven dat menfehen diekout van bloet zyn het verltant lacg en klecn heb-ben , en daer uit der Afgunft meer onderworpen zyndan andere, die


. Stichtelyke zinnebeelden gepast op deugden en ondeugden : in LVII tafereeelen vertoont . erworpen zyn * omdat zy in zich zelven de ga-ven niet beipeuren , die anderen medegedeelt die van zyn eigen deugt en goede gaven ver-zekert is, zal dergelyke aen anderen niet Fabelfchryvers getuigen hier by dat het Paleisdezer afzichtige Godinne kout is : het geen getrok-ken fchynt te zyn uit de ftelling der Natuurkundi-gen , die ons willen doen gelooven dat menfehen diekout van bloet zyn het verltant lacg en klecn heb-ben , en daer uit der Afgunft meer onderworpen zyndan andere, die hceter van gefteltenis zyn. De vernuftige dichter zoo even genoemt melt datPallas, de Godin der wysheit, hebbende de Nyt tefpreken, alleen aan de deur klopte zonder verder inhaere woninge te treden. Dat is re zeggen, zy wektehaer opj een beeltenis , waer door te verftaen is datde nydt door het rocmryke gerucht van wyze luidenwort opgewekt en gaende gemaakt 5 het geen doorde dagclyxe ervarenheit beveiligt wort. OLY ZINNEBEELDEN. *|è L Y i m*t V I £ R, t Hangt aan een goet Met Oly t Vuur te willen bluffen Zal nimmer reedlyk mens laat zich noit de gramfchap (uilen, Met harde woorden voor te David ftrekt hier tot een fpiegel, Die teornig dreigde Nabals bloedTe plengen, toen de fchrandre Abiegel, Zyn bittren trots en wrevelmoed,Door haar gefchenk en heuflc reeden ,Verwon en ftelde in t end te vreeden. P 4. Hoe %^ H O ü B R A K E NSLIV. Z I N N E BE E LT, HOe het fmeulende vuur van een quaataardigen in-borft , wanneermen zig met een gelyke quaad-aardigheit en wreveligheit tegen het zelve ter wrakeaanzet, te meer ontvonkt, en in ltee van daar doorgefluit te worden, in laftcringen ontvlamt, en eindelykin een vuur van toorn ont(leekt, heeft ons de bevin-ding geleert; waarom de fpreuk , men moet geen oly inV vuur gieten, hier op toegepaft, doet zien dat zulkehulpmiddelen verkeert zyn , en datmen tegen deinkankeringe dier gebreken verzagtende plaail


Size: 1593px × 1569px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthorbritgezinefl169817, bookdecade1720, booksubjectemblems