. Goddelyke liefde-vlammen, van een boetvaardige, geheyligde, liefhebbende, en aan haar selfs-stervende ziele : in drie deelen verdeelt, af-gebeeld door vijftig nette koopere figuuren : neffens haar verzen, aanmerkingen, gezangen, en ziel-zuchtingen . neen ,Maar dat ik met myn Ziel al was tot u getreên.*k Dagt daar myn liefde was, daar was ik mee te vinde,p Gy myn Zielen-vrind, myn Jefus, myn neen > ik heb gedwaalt: hier fit ik arme wichtBsflooten in dees hut, tot dat myn Lief fich richtTpt my, Ik kan mynfelfs geen ipyshoch drank meer geven:Ik moet het al van u verwachten, o my


. Goddelyke liefde-vlammen, van een boetvaardige, geheyligde, liefhebbende, en aan haar selfs-stervende ziele : in drie deelen verdeelt, af-gebeeld door vijftig nette koopere figuuren : neffens haar verzen, aanmerkingen, gezangen, en ziel-zuchtingen . neen ,Maar dat ik met myn Ziel al was tot u getreên.*k Dagt daar myn liefde was, daar was ik mee te vinde,p Gy myn Zielen-vrind, myn Jefus, myn neen > ik heb gedwaalt: hier fit ik arme wichtBsflooten in dees hut, tot dat myn Lief fich richtTpt my, Ik kan mynfelfs geen ipyshoch drank meer geven:Ik moet het al van u verwachten, o myn Leven! cKomt alles óp u aan, ak ben fond*r uw Kuip een dood 3Want gy zyt rnynen trooft i n alle Zielen gy my niet en geeft, dat moet ik leeren derven $Jïn doch myn felfs geheel geduriglijk ! wanneer fal ik eens rot ugaan, gelykgyNu foon geruymen tijdt gekomen zyt tot my, Goddelyk Antwoord,Joan. 17. vers 27. Vrede Iaat ik u 3 mijnen vrede geve ik u : niet gelijker-tcijs de wereld ( hem ) geeft, geve ik (hem )u3 üw bertaen vooras niet ontroert 3 noch en zy niet vertfaegt. X. Fi- 11EFDE-VL AM MEN. 169 Xr Figuur, Pfalm 147. vers n. PeHeere heeft een welgevallen aan die hem vre?fen: die op zyne goedertierentheyd jffiti**t~ 1 ffr. Job 6* vers 8» Och! of myne begeerte quame ; endedatGqdtmyne verwachtinge gave. M 5 & «* Ammerkinge op de X. Figuur. DE 3^iele van haar beminde Vriend ont-fangen hebbende in haar de liefde , wel*ke onuytfprekelyk is , foo kalles wat in de we-reld is, haar niet als een laft; ja, fy fietin haarfelfs niet meer als een volmaakte ydelheyd, en datmaakt haar jfbo begèerig om gedurig in de ge-meenfehap van haar God te willen welen. Als fyhem dan niet geniet, ó hoe droevig en naar valtdit haar ! want hy is alleen haar Vrind Jcfus zyn lief aangelicht voor haarverbergende, (ende de Ziele meenende nu al ge-heel met hem vereend te zyn) bevind haar he*laas , noch beflooten in haar fel ven ; fy kan nietgenieten a


Size: 1386px × 1803px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookidgoddelyke, booksubjectemblembooksdutch, booksubjectemblems