. De flora van Nederland. Plants. Phacelia tanacetifolia Fig 92. achtifj. De bladen zijn ijcvind, inct 9-17 vinspletitje blaadjes met «ezaayde lijnvormij,'- lanRwerpi^'c slippen. De bloemen staan in dichte, naar eene zijde Kckeerde, slakkenhuisvormi): opj^erolde schijntrossen. Zij zijn blauw- achtig. De kelk is ó-deelig met lijnvormige of lijn-spatelvor- migc slippen. De bloemkroon is klok-schotelvormig, met 10 halvemaanvormitje schubben en is blauw of rosé, lanuerdan de kelk. Er zijn 3 uitstekende mecldraden. De doosvrucht is half2-hokkig, 4- zadig. 'â _â . 3-7 dM. JuliâSeptember. Voorkome
. De flora van Nederland. Plants. Phacelia tanacetifolia Fig 92. achtifj. De bladen zijn ijcvind, inct 9-17 vinspletitje blaadjes met «ezaayde lijnvormij,'- lanRwerpi^'c slippen. De bloemen staan in dichte, naar eene zijde Kckeerde, slakkenhuisvormi): opj^erolde schijntrossen. Zij zijn blauw- achtig. De kelk is ó-deelig met lijnvormige of lijn-spatelvor- migc slippen. De bloemkroon is klok-schotelvormig, met 10 halvemaanvormitje schubben en is blauw of rosé, lanuerdan de kelk. Er zijn 3 uitstekende mecldraden. De doosvrucht is half2-hokkig, 4- zadig. 'â _â . 3-7 dM. JuliâSeptember. Voorkomen. De plant behoort thuis in Californië, doch is bij ons op ver- schillende plaatsen (Deventer, Arnhem, Dord- recht, Sint Michielsgestel, Tilburg, Anna Pau- lowna, Apeldoorn, Winterswijk, Driebergen) aan- gevoerd gevonden. 3. Whitlavia 'j HarTey. W. grandiflóra -) Harvey. (Phacelia Whitlavia Gray.) Whitlavia (fig. 93). Deze plant is los vertakt, klierachtig behaard, vaak violet aangeloopen. De stengel is liggend. De bladen zijn gesteeld, eirond tot bijna delta- vormig. dubbel getand. De bloemen zijn groot, blauw en staan in slak- kenhuisvormig opgerolde bloeiwijzen. De kelk is5-slippig, de bloemkroon klokvormig, 5-slippig, van binnen zonder vouwen, meest circa 2' ^ cM lang. De buis is 3 maal zoo lang als de kroonslippen. De meeldraden steken uit de bloemkroon en hebben beneden oschubbetjes. De doosvrucht is veelzadig. '1. 2-'ó dM. Juni, Juli. Voorkomen. De plant is afkomstig uit Californië. Zij wordt bij ons wel als sierplant gekweekt en is te Rijswijk (G.) verwilderd gevonden. Whitlavia grandiflóra Fig. 93. Familie 92. Boraginaceae Desv. (AsperifoliaeRchb.). Ruwbladigen. Kruidachtige planten met afgeronde of iets kantige stengels, bijna steeds sterk behaard, vaak door borstelharen ruw. Bladen verspreid, enkelvoudig, gaafrandig of iets ingesneden, zonder steunbladen. Bloemen regelmatig, soms symmetrisch, verschillend gekleurd, bijna steeds in ongevorkte
Size: 1584px × 1578px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants