. Toonneel des menschelyken levens; of, De vernieuwde gulden winkel : waar in door poëtische, historische, morale, en schriftuurlijke leeringen, den mensche vertoont werd, hoedanig hy zijn leven, handel, en wandel, zediglijk, eerbaarlijk en vermakelijk zal overbrengen . dedefprcuke Apuh\^daar hy-in zijne Apologie zeyt;f7envijtgymy dat i\arm ben \ ik bidde teert eerji zdve verft&w-^ dat- g\ (Tierig zijt. hyverzocht dan dat Alexander niet wilde nemen, dat hy hem niet kongeven, datwas het fonne-fchijn; Daar meegevende te kennen, hos hy liever Joad in zeber-heyt zijn leven door te brengen 3als Aku


. Toonneel des menschelyken levens; of, De vernieuwde gulden winkel : waar in door poëtische, historische, morale, en schriftuurlijke leeringen, den mensche vertoont werd, hoedanig hy zijn leven, handel, en wandel, zediglijk, eerbaarlijk en vermakelijk zal overbrengen . dedefprcuke Apuh\^daar hy-in zijne Apologie zeyt;f7envijtgymy dat i\arm ben \ ik bidde teert eerji zdve verft&w-^ dat- g\ (Tierig zijt. hyverzocht dan dat Alexander niet wilde nemen, dat hy hem niet kongeven, datwas het fonne-fchijn; Daar meegevende te kennen, hos hy liever Joad in zeber-heyt zijn leven door te brengen 3als Akuzndtrsfchatten te begeer en. Hier in, $Diogenes! hebt gy nu weynig naa- volgers, men zou om die te zoeken uw lan~teerne wel van nooden hebben» Yegelijlzjert nu de opgaande Son, en wenfcht dathoogeftaten en ampt met een vozen goud-regen hem mogen toegeworpen wor-den. Weinige zijn met het hare te vreden%ivy bleven alle voor/ Meerflaan, enT/ic mand komt daar over. Indien de menfehtn zoyverig waren ( zeyd een zekerSchrijver) om by God hooge awpten te bedienen, als zy hier op deze werelt zoe-kenverheventezijnydeGodzaligheyt zou in vollenzwanggaw* Ziet 70 TO 0 N NE E L Ziet hoe Diogenes den Kroes aan eenen kantWeg-werpt, zo haaft hy weet te drinken uyt zijn <j. Een goed genoegzaam hert; en Goddelijken zin,Is eenen grooten fchat; en wel een rijk gewin. HOe de NatHuregccn overfchot behoeft ,*,*/# Diogene?,<W zijn afbeel-4inge,genoeg leerenihy voerde altijd niet anders by hem ah een mantel, tasen beker: wanneer h-j opfekeren tijd, de kinderkens z,tg wat ei- uit haar handdrinken ^verwierp hy fijnen nap:als die niet noodig hebbende. Hier mede wildehy betoonen dat de overtalligheyt uitgejlooten wezcnd?Jt gemoed dies tegentjlerwas .Dïancnrïshjefteen ijds zijne n febat weg- geworpen , meenende dat t des Menjchelyfon tevensi 71 DIogenes, die iteeds arbeiden om te mindrenZijnslichaams nooddruft, zag hoe twee onnooslekin-drenHet water met der hand-vaft-fcheptenuit den vl


Size: 1811px × 1379px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthorvondeljoostvanden15871679, bookcentury, bookdecade1710