. Hof-gedachten, dat is, invallen, by gelegentheyt oft op't gesichte van boomen, planten, bloemen, kruyden, en diergelijcke aerdt-gewassen, verweckt, in't Buyten-leven . rollen over t lijf,Die duyt het geenfins tot verdriet,Als hy den dagh ten eynde fiet;Maer toont hem bly, en wel gefint,Om dat de ftille nacht begint;En dat, vermits fijn gantfehc luft,Nu maer en ftrekt tot foete ruft. Hoe blijde ben ick menighmael,Als ick in t bedde neder dael;Om dat my dan een ftilder tijdt,Van moeyt en s werelts woel bevrijdt,En dat ick, na een fwaren dagh ,Ten leften eenmael ruften magh. Mijn ziel, ick tell


. Hof-gedachten, dat is, invallen, by gelegentheyt oft op't gesichte van boomen, planten, bloemen, kruyden, en diergelijcke aerdt-gewassen, verweckt, in't Buyten-leven . rollen over t lijf,Die duyt het geenfins tot verdriet,Als hy den dagh ten eynde fiet;Maer toont hem bly, en wel gefint,Om dat de ftille nacht begint;En dat, vermits fijn gantfehc luft,Nu maer en ftrekt tot foete ruft. Hoe blijde ben ick menighmael,Als ick in t bedde neder dael;Om dat my dan een ftilder tijdt,Van moeyt en s werelts woel bevrijdt,En dat ick, na een fwaren dagh ,Ten leften eenmael ruften magh. Mijn ziel, ick telle tfeftigh jaer,Die ick niet fonder diep gevaer,Niet fonder moeyt, heb doorgebracht,Segh, dient ons niet op ruft gedacht f Wel of de Doot op heden quam,En ons eens by de flippen nam,En ftaende voor een open graf;Sey, legh hier al uw moeyten af:Wat dunckt u, fou t ons fware pijn,Sou t u verdriet of hinder zijn ? Voor my, ick fpreke dat ick meen,En fegh, met vollen monde, neen ■,Neemt my, o Heer! deibndenaf,En legh my neder in het graf,Daer fal ick ruften, met gedult,Tot ghy het al vernieuwen fult. K i III. Een H Invallende GedachtenIII. EenMelck-meysjefpreeckt*. AL fchijn ick, met een jock, belaên,Noch magh ick vry daer henen gaen;Want mits het op mijn leden paft,Soo ftreckt het my tot geenen laft jIck draegh het na de rechte maet,Gelijck men hier te lande gaet jIck trede met foo rappen voet,Gelijck een Hocffche Juffer doetEn waerom ben ick niet foo vry,En waerom niet foo wel als fy. tgeficbteyan een Jongen gillende met eenjlock dvers door een deur dringen. Ick draegh het jock van mijn bedrijf,En fy een yfer om het lijf. Hoort,kinders,hoort een ruflig woort,En feght het vry de buren voort:Wil iemant dragen eenigh pack,En dat oock fonder ongemack,Die grijp het wel van aenbegin ,En draeehtet met een luchten (inWant al wat iemant willigh doet,Al is et fuur, foo wort et foet. E En kint, noch in den langen rock, Het wou fich dringen door een deur, Dat ffcont en fpcelde met e


Size: 1790px × 1396px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthorcatsjac, bookcentury1600, bookidhofgedachtendati01cats