. Beschryving van Ysland, Groenland en de Straat Davis. : Tot nut der wetenschappen en den Anderson, Johann, 1674-1743; Natural history; Natural history; Eskimo languages; Indian linguistics. Tan i viervoe- tige Zee Dieren. i. Van den Wal nis. 194: BESCHTv YVING van GR O ENL AND, genaamde Killaers (k) dat is Walvisch-doders, zyn de* zelve zo even door my befchreven Zwaardviffchen , doch daaromftreeks van een groter flag , namelyk van 20 tot 30 voeten lang. Want van hun word gemeld, dat zy in beide de kaken Tanden hebben, die in elkander fluiten, en hun een vin van 4 tot 5 voeten h


. Beschryving van Ysland, Groenland en de Straat Davis. : Tot nut der wetenschappen en den Anderson, Johann, 1674-1743; Natural history; Natural history; Eskimo languages; Indian linguistics. Tan i viervoe- tige Zee Dieren. i. Van den Wal nis. 194: BESCHTv YVING van GR O ENL AND, genaamde Killaers (k) dat is Walvisch-doders, zyn de* zelve zo even door my befchreven Zwaardviffchen , doch daaromftreeks van een groter flag , namelyk van 20 tot 30 voeten lang. Want van hun word gemeld, dat zy in beide de kaken Tanden hebben, die in elkander fluiten, en hun een vin van 4 tot 5 voeten hoog tegen 't midden van den rug zit: Zy zwemmen altoos by fcholen van een dozyn met el- kander, en vallen den jongen WalvhTchen als de Bulhonien een te vervolgen Stier aan. Enigen hechten zich aan zyn flaart , om hem het Haan met denzelven te beletten, terwyl anderen zyn kop aandoen, en hem daar aan byten en Daan, tot het arme dier, dus verhit, de tong een weinig uit- ïteekt, waarop als dan enigen zyne lippen , en , zo moge- lyk , zyne tong trachten te grypen. Wanneer zy hem em- delyk gedood hebben, vreten zy voornamelyk van zyn tong en kop; doch verlaten hem, fzodra hy begint te ftinken. De- ze Killaers, of Doders, zyn van een zo onverwinnelyke fterk- te, dat wanneer enige floepen met elkander een doden vifch voortliepen, een enige dier Doders, welke 'er zyne Tanden in zet, vermogende is, den Walvifch in 't ogenblik weg en; met zich naar den grond te rukken. Zomtyds heeft men de- ze viiTchen gevangen en goede traan van hun gemaakt. 2 §.LIV. Eindelyk zal ik van noch twe viervoetigeZee- Dieren fpreken, namelyk van den Walrus en den Zeehond, of Rob. De Walrus (/) Rosmarus, is den Zeehond in geitalte des lig» OO Zie Pbiïof. Transaft. N. 387. p. 26$1 (/) Dat is Zeeros , of Zeepaard, gelyk hem de Engelfaxen 5?0ri Q&f>a( (ab $}Mê / equus,. Sax. £orë five £>rê / Allem. jporö & 2BM/ Wall cete) geheten hebben. De Ruflchen noemen hem 9)lot(ê j de Engelfchen Seako


Size: 967px × 2584px
Photo credit: © Library Book Collection / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., booksub, booksubjectindianlinguistics, booksubjectnaturalhistory