. De flora van Nederland. Plants. Nepeta Cataria Fig. 262. /.acht behaard, is eirond, weinig gekromd en draagt lancetvorrnige, prieni- vormig toegespitste, bijna gelijke tanden. De bloemkroon (fig. 262) is vrij klein, behaard, steekt 3-4 niM buiten de keel van den kelk uit. Zij is geelachtig-vvit of rood- achtig-wit. de onderlip is voorzien van purper- kleurige puntjes. De kroonbuis is in den kelk ingesloten en plotseling aan de keel verwijd, de bovenlip is vlak, recht, tweespletig, de onderlip is 3-Iobbig met een uitgeholde, aan den voet sterk samengetrokken, bijna cirkelvormige midden- lob e
. De flora van Nederland. Plants. Nepeta Cataria Fig. 262. /.acht behaard, is eirond, weinig gekromd en draagt lancetvorrnige, prieni- vormig toegespitste, bijna gelijke tanden. De bloemkroon (fig. 262) is vrij klein, behaard, steekt 3-4 niM buiten de keel van den kelk uit. Zij is geelachtig-vvit of rood- achtig-wit. de onderlip is voorzien van purper- kleurige puntjes. De kroonbuis is in den kelk ingesloten en plotseling aan de keel verwijd, de bovenlip is vlak, recht, tweespletig, de onderlip is 3-Iobbig met een uitgeholde, aan den voet sterk samengetrokken, bijna cirkelvormige midden- lob en breede, zeer korte, teruggeslagen zijlob- ben. De vruchtjes zijn langwerpig, glad, kaal, stomp driekant. 4,5-9 dM. 1^. JuniâSeptember. De variëteit ,3. citriodóra ) Beek. riekt sterk naar citroen. Biologisehe bijzonderheid. De bloemen zijn proterogynisch en aangewezen op de bestuiving door bijen en hommels. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt op ruige en rots- achtige plaatsen in geheel Europa voor. Bij ons is zij vrij zeldzaam op puin, ruigten, dijken en nabij woningen gevonden. Zij werd vroeger als artsenijgewas gekweekt en is waarschijnlijk bij ons alleen verwilderd aan- getroffen. De var. is bij Deventer, Heel, Weert, Heerewaarden, Beek, Gulpen en Pesaken gevonden. N. Nepetella-) L. Kaal kattenkruid (fig. 263). Deze plant is welriekend en grijsachtig. De stengel is vertakt, rechtopstaand, kort be- haard. De bladen zijn teruggeslagen . kort gesteeld . lancet- vormig, gekarteld-getand. grijsachtig behaard, de bovenste hebben geen hartvormigen voet. De bloemen zijn wit of vleeschkleurig en staan in vaak armbioemige schijnkransen, die een eenzijdige, aan den voet afgebroken tros vormen, die aan den top vrij dicht is. De schutblaadjes der afzonderlijke bloemen zijn nauwelijks langer dan de bloemsteeltjes. De kelk is wol- lig behaard, buisvormig, gekromd, met spits lancetvormige tanden. De bloemkroon (fig. 263) is van buiten sterk be- haard en steekt 5-7 m
Size: 1411px × 1770px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants