. De inlandsche kunstnijverheid in Nederlandsch Indië . aofboro e-b o r o ebevat en pinarhalak genoemd wordt (van halak = mensch), loopt niet over de geheelebreedte van het verlengstuk, maar wordt van weerskanten afgesloten door een loodrechttegen de pinarhalak staanden, smallen lengte-rand, de tiang (= stijl), aan de anderezijden waarvan de pinarhalak in een anderen patroonrand, de soeksang doeri, wordtvoortgezet. Elke aangenaaide lengte-rand of sisi (zie hierboven) van de ragidoep bevat aan de buitenstekanten blauwe lengte-biezen (de tapoe s o k a r = indrukken van de sokar of tempel,wa
. De inlandsche kunstnijverheid in Nederlandsch Indië . aofboro e-b o r o ebevat en pinarhalak genoemd wordt (van halak = mensch), loopt niet over de geheelebreedte van het verlengstuk, maar wordt van weerskanten afgesloten door een loodrechttegen de pinarhalak staanden, smallen lengte-rand, de tiang (= stijl), aan de anderezijden waarvan de pinarhalak in een anderen patroonrand, de soeksang doeri, wordtvoortgezet. Elke aangenaaide lengte-rand of sisi (zie hierboven) van de ragidoep bevat aan de buitenstekanten blauwe lengte-biezen (de tapoe s o k a r = indrukken van de sokar of tempel,waarmee de pas geweven doek en de scheringgarens op het weeftoestel op breedte-spanningworden gehouden). De tot eenvoudige patronen geweven lengte-randjes, die zich op de s i s i nabij het aannaaiselvan de b a d a n bevinden, heeten dj o e g i a k of dj o e g i a. In de nabijheid hiervan merken we nog een anderen lengte-rand op, waarvan het patroon ietwatin relief staat, doordat de scheringdraden in dien rand op betrekkelijk groote lengten ongewe ven224. Fig. 230. Motief op een ragidoep.
Size: 1160px × 2153px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookdecade1910, booksubjectweaving, bookyear1912