. De flora van Nederland. Plants. FAM1L1F-: 39. CRUCIFERAE. 295 iets saiiieiigedriikt, met iietvoriiiij^ rimpelige kleppen en met een smal en lang tusscheiischot. De zaden zijn groot en knobbelig. 1-3 dM. OG. Mei, Juni. Biologische bijzonderheid. Ook deze plant vertoont weder den lialo- philen bouw. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt langs de zee- kusten van Noord- en Midden-Europa voor. Bij ons is zij op zeeklei vrij zeldzaam, behalve op sommige Noordzee-eilanden. Om Amsterdam is zij ook op veengrond gevonden. 25. Caiiicliiiii') ('rntz. Hut ten tut. Kelkbladen opgericht, aan d
. De flora van Nederland. Plants. FAM1L1F-: 39. CRUCIFERAE. 295 iets saiiieiigedriikt, met iietvoriiiij^ rimpelige kleppen en met een smal en lang tusscheiischot. De zaden zijn groot en knobbelig. 1-3 dM. OG. Mei, Juni. Biologische bijzonderheid. Ook deze plant vertoont weder den lialo- philen bouw. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt langs de zee- kusten van Noord- en Midden-Europa voor. Bij ons is zij op zeeklei vrij zeldzaam, behalve op sommige Noordzee-eilanden. Om Amsterdam is zij ook op veengrond gevonden. 25. Caiiicliiiii') ('rntz. Hut ten tut. Kelkbladen opgericht, aan den voet bijna gelijk. Hauwtjes ovaal- tol- of peervormig, opgezwollen, openspringend; boven de invoeging van den kelk kortgesteeld. Kleppen bol, met een rugnerf. Stijl kort. Zaden eirond, niet gevleugeld, vele in ieder hokje, in 2 rijen. Bloemen geel, klein. Bladen gaafrandig, getand tot bochtig vindeelig, de stengelbladen geoord stengelomvattend. Eenjarige, min of meer behaarde planten. Biologische bijzonderheden. Aan den voet der korte meeldraden zitten honigkliertjes. De helmknoppen der lange meeldraden liggen met den stempel op dezelfde hoogte en vlak daarbij, zoodat spontane zelfbestuiving kan plaats hebben. De helmknoppen der kortere meeldraden staan lager, zijn van den stempel af naar buiten gebogen en dienen voor kruisbestuiving. De zaden zijn glad, doch worden door vocht kleverig, waardoor zij zich beter aan het kiembed hechten. Volksnamen. Behalve huttentut heet de plant ook deder in Groningen, dederzaad op Voorne en Beierland, rij in Friesland, vlasdodder in Zuid- Holland , dodderzaad in Groningen. Tabel tot h e t cl e t c r in i n e e r e n d e r s o o r t e n v a n h e t g e s I a c li t C a m e 1 i n a. A. Hauwtjes ovaal-tolvormit:;, afgeknot uittjerand aan den top, zeer optjezwollen, met zachte kleppen. Vrnclittrossen kort O. dentata biz. 295. B. Hauwtjes peervormi,<i, aan den top afjjerond, niet of weinig opgezwollen met harde kleppen. Vruchttrossen min of me
Size: 1419px × 1762px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants