. De flora van Nederland. Plants. Galeopsis speciosa Fig. 280. G. speciosa') Mill. (ü. versi'color-') Ciirt.). Da uw net cl (ï\^. 280). Deze plant is }j;rooter dan G. Tetrahit, naar boven vaak klierachtig behaard en de sten^^M is onder de knoopeii verdikt. De stengel is krachtig, stekelig door lange, naar beneden gerichte haren en heeft schuins opstijgende takken. De bladen hebben een versmalden of afgeronden voet en zijn langwerpig-eirond , gezaagd , gesteeld, aan weerszijden ruw behaard. De schijnkransen staan vrij ver uit elkaar of van boven dichter bijeen. De kelk is bijna kaal of ruw be


. De flora van Nederland. Plants. Galeopsis speciosa Fig. 280. G. speciosa') Mill. (ü. versi'color-') Ciirt.). Da uw net cl (ï\^. 280). Deze plant is }j;rooter dan G. Tetrahit, naar boven vaak klierachtig behaard en de sten^^M is onder de knoopeii verdikt. De stengel is krachtig, stekelig door lange, naar beneden gerichte haren en heeft schuins opstijgende takken. De bladen hebben een versmalden of afgeronden voet en zijn langwerpig-eirond , gezaagd , gesteeld, aan weerszijden ruw behaard. De schijnkransen staan vrij ver uit elkaar of van boven dichter bijeen. De kelk is bijna kaal of ruw behaard en heeft weinig uitstekende ner- ven en genaaide tanden. De bloemen zijn groot (3 cM lang). De bloem- kroon is lichtgeel, de buis beneden wit. De onderlip is aan den voet donkergeel, de zijslippen zijn naar voren wit, de middenslip is violet, wit gezoomd, de holle tanden zijn violet, dwars gestreept. De bloemkroonbuis is dubbel zoo lang als de kelk, van buiten behaard, de bovenlip is aan den top getand, de middenslip der onderlip is rondachtig-vierhoekig, vlak, klein gekarteld, stomp of uitgerand, de zijslippen zijn teruggeslagen. De helmknopjes zijn gebaard. De vruchtjes zijn groot en glad. Overigens komt de plant veel met G. Tetrahit overeen. 6-15 dM. 0. JuniâHerfst. Biologische bijzonderheid. Op de onderlip zit een zeer sprekend honig- merk. De kroonbuis is 18-22 mM lang, de bovenste 6-8 mM zijn verwijd, zoodat een insectenslurf 12-16 mM lang zou moeten zijn om den honig uit de bloemkroonbuis geheel te zuigen, doch ook insecten met geen langere slurflengte dan 10-11 mM kunnen hem bereiken, omdat hij zoo hoog inde buis staat. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt in kreupelhout, op ruige plaatsen, op bouwland en aan wegen in Midden-Europa voor. Zij is bij ons vrij algemeen, doch is op loss niet en op zeeklei weinig gevonden. Volksnamen. In Groningen en Friesland heet de plant dinettel, in Fries- land ook leeuwenbekken en in Friesland, Salland en den Ac


Size: 1348px × 1854px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants