. Goddelyke liefde-vlammen, van een boetvaardige, geheyligde, liefhebbende, en aan haar selfs-stervende ziele : in drie deelen verdeelt, af-gebeeld door vijftig nette koopere figuuren : neffens haar verzen, aanmerkingen, gezangen, en ziel-zuchtingen . , Die doch oprecht u foekt te kleven aan;Reykt my uw hand, 6 Vader der genaden, Ay! i reykt uw hand, n kind, u wormpje toe ,6 Jelu Lief! de golven my beladen Van zond, en dood, dat maaljt mijn Ziel foo doch mijn God, gy (iet dpch aller wegen , Uw oogen gaan doch zeker over my:Ach laat my niet, 6 Heere! foo verlegen, Terwijl ik weer dat g


. Goddelyke liefde-vlammen, van een boetvaardige, geheyligde, liefhebbende, en aan haar selfs-stervende ziele : in drie deelen verdeelt, af-gebeeld door vijftig nette koopere figuuren : neffens haar verzen, aanmerkingen, gezangen, en ziel-zuchtingen . , Die doch oprecht u foekt te kleven aan;Reykt my uw hand, 6 Vader der genaden, Ay! i reykt uw hand, n kind, u wormpje toe ,6 Jelu Lief! de golven my beladen Van zond, en dood, dat maaljt mijn Ziel foo doch mijn God, gy (iet dpch aller wegen , Uw oogen gaan doch zeker over my:Ach laat my niet, 6 Heere! foo verlegen, Terwijl ik weer dat gy aan mijp zy fal u Heer [ maar doch door uw genaden, Om dat gy dan mijn Ziele hebtbevrijd,Ik fal mijn God dan wandlen op uw paden > Als gy mi jn hert van binnen hebt verwijd, Godöilyk Antwoord. ■ - • . i Jefai. 45. vers t. Maar nu 3 alfio zeydde Heere, uw Schepper , 6 Jacol p%üd* uw Formeerder, 6 Ifraêl: en vreefi niet, want ik belleu verloji» ik belle u ly uwe name geroepen >gy zijt mijn &c* XI. Fi« L 1EFDE -VLAMMEN» 41 XI. Figuur. Pfalm %%. vers i. Tot u roep ik, Heere, mijnRotfteen, houd u niet alsdoofvanmyaf: op dat ik niet , foo gy van my ftillchoud, vergeleken en werde by den geenen die in dekuyl I enl>e**Jtn»né?&e *m-^*<£en-a/dr0nJ£rmif niet en pe/»/ute&&&3?J!unv <ƒ«£ tt Pfalm %$.$. et* Pfalm * £nden#, watverwagtik , 6 Heere f mijne Hoope dieis op u j het behage u Heeft my «e verlofien: Heerehaaftu tot mijner Èulpe. dafz . G O D D E L V K E i^fmrXerkfng op de XL Figuur. AL ftaat het water aan de lippen,Van kruyflèn en van tegenfpoed ,Al gaat de wereld ons ontflippen, Met al haar haaft verdwijnend goed \Al gaan de felle woefte baaren Ons over t hooft in groot getal,Geen nood, foo d Heere der heyrfchaaren Maar met ons is in dat geval:Geen nood , wanneer ons Godt komt fterken, En onderfteunt de Ziel met kracht 5tSal alles doch ten beften werken, Die maar op fijn genade nood ö Ziel! ioo fwaar ve


Size: 1328px × 1881px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookidgoddelyke, booksubjectemblembooksdutch, booksubjectemblems