. Zinne-beelden der liefde, met puntdigten en aanteekeningen . ek u heb aangeboón :Ach ! roept die nu, ik plagt by u op aard te leeven , Maar k leef by Phillis in t gezelfchap van de Goön! ]Nu heb ik u, myn Lief, niet anders op te draagen, Dan een bedroefde romp, die naawly ks kan beftaan,En zugten, die een wyl die droeve Liefde uit jaagen, Met traanen, waar van fteets myne oogen zwanger niet verwondert dat ik zoo ver ben gekomen, Voor zulk een tedre min, die my geheel beheert;Dat my myn Hart, Vernuft, enVryheid, zyn ontnomen, En al myn blydfehap is in bittre rouw verkeert. Y Hoor 170


. Zinne-beelden der liefde, met puntdigten en aanteekeningen . ek u heb aangeboón :Ach ! roept die nu, ik plagt by u op aard te leeven , Maar k leef by Phillis in t gezelfchap van de Goön! ]Nu heb ik u, myn Lief, niet anders op te draagen, Dan een bedroefde romp, die naawly ks kan beftaan,En zugten, die een wyl die droeve Liefde uit jaagen, Met traanen, waar van fteets myne oogen zwanger niet verwondert dat ik zoo ver ben gekomen, Voor zulk een tedre min, die my geheel beheert;Dat my myn Hart, Vernuft, enVryheid, zyn ontnomen, En al myn blydfehap is in bittre rouw verkeert. Y Hoor 170 De Liefde neemt gestadig aan. Hoor tog wat meer, myn Lief, naminenmededoogen, Gy kunt, mynPhillis, niet alleent verloore zoetMy wedergeeven, maar myn ftaat zoo ver verhoogen, Dat zelfs de min daar voor van vreugd verdommen gy my zult myn ziel in duwe weer doen vinden, Myn hart ontmoeten in uw minnend hart, 6 Goón LEen zuivre band ons zal zoo teer te zaamen binden, Dat wy elkander nog verzeilen bydedoon. VLETEN i;i VLEYEN VERMAG VEEL IN DE De zoete zang verlokt den vogel in het net,En doet hem dus de dood in plaats van vreugde vinden jZoo weet de Liefde ons door haar zoete taal te blinden ■ En lokt ons in de ftrik die zy ons heeft gezet*Door zoete woorden laat een hart zig ligt verleyen:De befte minnaars zyndietallerbefte vleyen* Y 2 VLEYEN m VLEYEN VERMAG VEEL IN DE LIEFDE; Het is genoeg bekent hoe veel een vleyende tong inalles vermag ; dog wel boven alles vermag zyzeer veel in de Liefde; zelden zal een hart die be-tooveringen lang kunnen wederftaan : van dit ge-voelen is Ovidius mede geweeft wanneer hy in hetcerfte boek van zyne minnekunft zeit. Vereprius volucres taceant, ttfiate cicade $ M&nalius lepori detfua terga canis :F&mina, quamjuveni blande tentata ;zc quoque quampoteris er e der e nolle volet,Ut que virofurtiva, Venus^fic grata PttelU. Vir male dijfimulat teUius illa maribus^ne quam nos ante rogemus;Feminajamparte


Size: 1496px × 1671px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookdecade1730, bookpublisheram, booksubjectemblems, bookyear1732