. De inlandsche kunstnijverheid in Nederlandsch Indië . Fig. 309. Palèmbangsche : Rènda poekang ajam. Fig 310. Palèmbangsche : Rènda lokan. maar twee zilveren of gouden scheringdraden, welke aan het eene einde aan de pasoh ver-bonden zijn. De kettingboom, die ze aan het andere einde vasthoudt, bestaat in twee houtenpinnen (tagak), welke aan weerszijden in gaatjes in de plank gestoken kunnen worden. Deinslag hangt aan zes klosjes of tin aus van een bijzonder maaksel, (fig. 311) welke bij drieën 3°9 aan weerszijden van de plank gehouden worden. Op de plank wordt een klee
. De inlandsche kunstnijverheid in Nederlandsch Indië . Fig. 309. Palèmbangsche : Rènda poekang ajam. Fig 310. Palèmbangsche : Rènda lokan. maar twee zilveren of gouden scheringdraden, welke aan het eene einde aan de pasoh ver-bonden zijn. De kettingboom, die ze aan het andere einde vasthoudt, bestaat in twee houtenpinnen (tagak), welke aan weerszijden in gaatjes in de plank gestoken kunnen worden. Deinslag hangt aan zes klosjes of tin aus van een bijzonder maaksel, (fig. 311) welke bij drieën 3°9 aan weerszijden van de plank gehouden worden. Op de plank wordt een kleed (alèh) of kussengeplaatst, opdat het goud- of zilverdraad niet vuil kan worden. Op dat kussen staat eenbamboezen toepang of steunsel, dat de schering een weinig in spanning houdt. Elke klos of tinau bestaat uit een rol, waarop het goud- of zilver-draad gewonden wordt en een handvatje, terwijl een koker-tje als een soort deksel dient, tevens ook om den draad vastte zetten. Slaat men nu de klosjes met hun garens systematisch vanboven naar bened
Size: 2107px × 1186px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookdecade1910, booksubjectweaving, bookyear1912