. Het overvloeijend herte, of nagelatene verzen . Noch een kleinen \ tyd^ ] en de weereïdzal my niet meer zien: maar gy zult myzien: want ik leeve en gy zult keven, loan:XiV. V. ip. Op H E R T E. 157 Op Figuur LI. ö 1^ troom der Liefelyke redeir! Die, iiic den waardft en klaarilen heilzaam afvloeid na beneden. Op dat de Dorft verkwikking liep door zoo veel honderd jaaren!Op dat \vy ook gelukkig waarcn. E Matth: XXVIII. vers 16-20. ;; de elf difcipeïen, zyn heenen gegaa^ina Galileën, na den berg, daar Jezus haarhefcheiden hadde. En als zy Hem zagen baden zy Hem aan^dog zommigen


. Het overvloeijend herte, of nagelatene verzen . Noch een kleinen \ tyd^ ] en de weereïdzal my niet meer zien: maar gy zult myzien: want ik leeve en gy zult keven, loan:XiV. V. ip. Op H E R T E. 157 Op Figuur LI. ö 1^ troom der Liefelyke redeir! Die, iiic den waardft en klaarilen heilzaam afvloeid na beneden. Op dat de Dorft verkwikking liep door zoo veel honderd jaaren!Op dat \vy ook gelukkig waarcn. E Matth: XXVIII. vers 16-20. ;; de elf difcipeïen, zyn heenen gegaa^ina Galileën, na den berg, daar Jezus haarhefcheiden hadde. En als zy Hem zagen baden zy Hem aan^dog zommigen twyfelden. En Jezus by haar komende^ [prak tothaar^ zeggende^ my is gegeevcn^ alle magtin Heemel en op Aarde. Gaat dan heenen^ onderüoyft alle de volke^ren., dezelve doopende in den naame desVaders., en des Zoons^ en des Heiligen Geefts:kerende haar onderhouden alles vjat ik ugebooden hebbe. En ziet, ik hen wet u lieden alle de dagentot de voleindin^e der *vueereld. AmeiL Je- J5S Het OVERVLOEIJEND LIL Jezus Heemelvaardè. Ik vaare op tot mynen Vader ^ en uwedVader^ en [tot] nf^nm God^ en wwen God»joan: XX, v. 17. Op H E R T E. Op Figuur LIL XJlI voerd gy uit het zigcbaar oog,In fchyn van groote verte; Nog zoeken wy u niet om hoog,Maar in den grond des herten. ^S9 E Hand: I. vers 9- ii. n als Hy dit gezegd hadde^ wierd Hyêpgenomen daar zy het zagen, en eene wolkenam Hem voeg van haare oogen. En alzoo zy haare oogen na den Heemelhielden^ terwyl Hy heenen voer^ ziet^ tweemannen ponden hy haar in voitte kleedinge: Welke ook zeiden gy Galileefe mannen ^wat flaat gy en ziet op na den Heemel?deeze Jez^is die van u opgenomen is in denHeemel^ zal alzoo komen ^ gelykerwys gy hemna den Heemel hebt zien heenen vaaren. Lucas XXIV. vers 51 en 52. En het gefchiede als Hy ze zegende^ datHy van haar fcheide^ en wierd opgenomerim den HeemeL En zy aanbaden Hen, Veiv l6o Het OVERVLOEIJEND LUL Verderf en Geneezing.


Size: 1470px × 1700px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthorluikenjan164, booksubjectemblems, booksubjectmysticism