. De flora van Nederland. Plants. FAMILlf: 25. SALICACEAE. 45 door een galimig, Diplosis Tremulae. Deze j^allen hebben, evenals die op Caprea een uitgang. Ook komen iiitstiilpingen van de bladschijf naar boven voor, die van onderen met bruine haren zijn bekleed, zoog. viltgallen. Zij worden door galmijten, Pfiytoptiis-soorien veroorzaakt. Men hield ze vroeger voor zwamwoekeringen en wel heette de veroorzakende schimmel Erineiim populineum. De langgesteelde bladen zijn uitstekend gebouwd, om zelfs krachtige stormen te weerstaan. De bladschijven blijven dan stijf en vlak uitgespreid en we


. De flora van Nederland. Plants. FAMILlf: 25. SALICACEAE. 45 door een galimig, Diplosis Tremulae. Deze j^allen hebben, evenals die op Caprea een uitgang. Ook komen iiitstiilpingen van de bladschijf naar boven voor, die van onderen met bruine haren zijn bekleed, zoog. viltgallen. Zij worden door galmijten, Pfiytoptiis-soorien veroorzaakt. Men hield ze vroeger voor zwamwoekeringen en wel heette de veroorzakende schimmel Erineiim populineum. De langgesteelde bladen zijn uitstekend gebouwd, om zelfs krachtige stormen te weerstaan. De bladschijven blijven dan stijf en vlak uitgespreid en werken daardoor niet om de bladstelen te doen knikken, wel worden deze sterk gerekt, doch daar zij zeer elastisch zijn, is dat geen bezwaar. De bladen der wortelloten staan zoo, dat het opvallende regenwater langs den bladsteel moet vloeien. Aan die bladen vindt men op de plaats waar de schijf in den steel overgaat, 2 uit de onderste bladtanden ge- vormde bruine napvormige deelen. (Fig. 42). Deze staan zoo, dat iedere regendroppel, die op de schijf valt, er in terecht moet komen, in die napjes liggen dunwandige cellen, die een zoetsmakende slijmerige, harsachtige stof afscheiden, welke bij droog weer als een vernislaagje de groefjes bedekt en de daaronder gelegen cellen behoedt voor te groot vochtverlies. Komt er water bij, dan zwelt dit laagje op en het vocht er uit wordt door de cellen daar- onder liggende, opgezogen en in de onder de napjes loopende vaten geleid. Is deze verklaring de juiste, dan zou men hier te doen hebben met een der zeldzame gevallen, dat bij inlandsche planten inrichtingen aanwezig zijn, om door deelen boven den grond water op te zuigen. Anderen beschouwen â¬chter die napjes als extranuptiale nectariën, als honig- kliertjes buiten de bloemen, waarop mieren afkomen, om honig te likken en deze bewijzen dan tegelijk aan "oot van de'rirateipöpüiFér de plant een dienst, door rupsen en goudhaantjes, "^^n z^i^ "S wadt ve?- â¢di


Size: 1136px × 2199px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants