. Goddelyke liefde-vlammen, van een boetvaardige, geheyligde, liefhebbende, en aan haar selfs-stervende ziele : in drie deelen verdeelt, af-gebeeld door vijftig nette koopere figuuren : neffens haar verzen, aanmerkingen, gezangen, en ziel-zuchtingen . k hier op defe aarde leef,In eenfaamheyd alleen elendig fitten bleef. Want die u kent, 6 Heer ! die heeft het goed te wagen ; Van alles wat er komt met lijdfaamheyd te om gelijk een Rhee, befoekt in dat geval,Die met haar herts begeert u foeken over al, Die fich in heyligheyd vertoonen op der aarde, Soo fchoon als t fchoonfte kruyd 3


. Goddelyke liefde-vlammen, van een boetvaardige, geheyligde, liefhebbende, en aan haar selfs-stervende ziele : in drie deelen verdeelt, af-gebeeld door vijftig nette koopere figuuren : neffens haar verzen, aanmerkingen, gezangen, en ziel-zuchtingen . k hier op defe aarde leef,In eenfaamheyd alleen elendig fitten bleef. Want die u kent, 6 Heer ! die heeft het goed te wagen ; Van alles wat er komt met lijdfaamheyd te om gelijk een Rhee, befoekt in dat geval,Die met haar herts begeert u foeken over al, Die fich in heyligheyd vertoonen op der aarde, Soo fchoon als t fchoonfte kruyd 3 maar vry van meerderwaardesGeeft gy die uwen trooft vervult, die meer, en meer *Ja meerder als mijn zelfs, ö alderwaardfte Heer 1 Goddelyk Antwoord. T Jdai. 40. ver$ 9. Olion! gy verkondig/ter vangeedehoodfebep, klimt cpeenen hoogen berg, 6 Jerufahm, gy verkondigfter van goe-de hoodfebap; heftuwe ftemme op met macht; heftfe op,9» weeft niet 5 f egt de Steden Juda 3 Jtet hier uwe Godt. XV. Fi- I JÊ FDE -VLA MMEN. 189 XV. Figuur. Jefau 38. vers , in vrede is my de bitterheyd bitter geweeft,maar gy hebt mijne Ziele lieflijk omhelft, datfein de groeve der verteeringe niet en quame:want gy hebt alle mijne fonden achter uwenrugge geworpen,. J(gar£- om. myn. t^ienér aJJ<loj%. Pfalm 131. vers ik mijne Ziele niet en hebbe gefet, ende ftillegehouden, gelijk een gefpeent kind by fijnenMoeder! mijn Ziele is als een gefpeent kind m ipo GODDELVKE Aanmerking op de XV. Figuur. GElijk de Gulde Son het aardrijk overftraalt,En door fijn hett en vuur devochtheydnaficbhaalt 3Soo hebt gy Zielen Son! mijn herte foo befcfceenen 9Dat halles wat op aard is van my als verd weenen,Ik foek geen wereld meer, gy zijt mijn Zielen fchat!Dewelk ik tot mijn deel voor eeuwig heb zijt dat eenig Al! dat my maar kan vermaken,Ik heb niet meer te doen met eenge aardfche u op fuik een wijs in fijn gemoed geniet,Geen wonder dat al t aardfch is hem tot een verdriet»Daarom foo ben


Size: 1343px × 1861px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookidgoddelyke, booksubjectemblembooksdutch, booksubjectemblems