. Verzámeling van uitgekórene zin-spreuken, en zinnebeeldige print-vercieringen : eertyds, op bevel van den aller doorlugtigsten keizer der Russen, Peter Alexis, of de Gróte, getékent en gesnéden : en nu op nieus verrykt : met agthondert en veertig byschriften in verzen . eïté^ HnliciDcgïïdj uacli öcr iniöcïDcgliCi^cn Oottïjcit. 1. Ben onbeweeglyk, lla lleeds vatl, en wys nooit misj,Gel)k de zekerheid der vaiie Godtheid is. 120. Een SPHERE, en mH midden een PEDESTAL, Me trMik altus hoTöos. Uhonneu> [uit la -vertil jufques dans Ie plusiiavi^J^^sXiciijt. t^ir ctjr folgct Öcr tufjpiti ïiif5 m


. Verzámeling van uitgekórene zin-spreuken, en zinnebeeldige print-vercieringen : eertyds, op bevel van den aller doorlugtigsten keizer der Russen, Peter Alexis, of de Gróte, getékent en gesnéden : en nu op nieus verrykt : met agthondert en veertig byschriften in verzen . eïté^ HnliciDcgïïdj uacli öcr iniöcïDcgliCi^cn Oottïjcit. 1. Ben onbeweeglyk, lla lleeds vatl, en wys nooit misj,Gel)k de zekerheid der vaiie Godtheid is. 120. Een SPHERE, en mH midden een PEDESTAL, Me trMik altus hoTöos. Uhonneu> [uit la -vertil jufques dans Ie plusiiavi^J^^sXiciijt. t^ir ctjr folgct Öcr tufjpiti ïiif5 m t Wierd aU-miTdlfer gemaakt, bv t ondéï-Tnaans geivémel;dEer votgt de Deugd lleeds na, ja zelvs tot in den Hémcl. 131. Een HOND ,. krabbende aan een B OOM. Quietum nemo impuue laceflet. Ne cberche pas celui qninetedemande rien. ^\\i\yt bCU \\\t\X\ tlCT W\S nidjt fucijt. Doe nimmer vrugtloos werk, wilt gy niet zyn , loop t gevaar niet nd; zoekt niet die u niet zoekt. Een HO ND , die eenBOO M bewaakt,Noli me tangere. Néveïllez pas Ie Chien qiii dort. fiuïjr midj nicijt an. k AVil niet gy onderzoekt of imant hem kan fchaên;Ik nam de wagt pp my; en ziüks, raak my niet aan. , P R I N T - V E R C I F R 1 K G F, N. 4jr. F3 4Ó ZÏN-SPREUKEN en 133. Een HOND, aan een KETTING vajï. Securitas altera. On ejl enflusgrandefeuretequandonsejifaijl des ^erturbateurs de rEtat. (it\\\ 0Cftin0CnCr JJÏCÏI tïiijiet nifijt mcör. Men is in zékerheid, wanneer men zig verlaatOp Trou; die is de rufl van den, geménen ilaat. 134. Een LANCIE, met drie KRONENEfle duces. Tour nous mériter, il faut vaincre ou motirir. ^xv^tw Ober l\fgcn. Die {laat naer deez cieraên, moet mef^^ beginnen ,Hy dient te llerven, of hv moet fteeds overwinnen. 135. Een feniks: Sola fafta folum Deum feguor. Je nen veux connoitre qiCuu., 3iCÖ tDil luir cincn [ zyn er véle, die t beitier jVan t algemeen,Toeëigenen aan twé of meer, ik ken er een.


Size: 1322px × 1891px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthormulderjosephb1659or60, booksubject, booksubjectemblems