. Dan. Heinsii Nederduytsche poemata . dat de foete ftrijt ten ende was hy de blijde bruyt in zijne koets genomen,Verheven in de locht, en daer geftelt ten toon,j,^ Dicht aen het beeldt dat knielt, een fchoone gouden ^alszyfnijdenHet woefte blauwe veldt, en zijnen fchoot dickwils iffer een die van u liefde melt,55tf Den oorfpronck van de kroon zijn medemaet licht oock in de fin , hoe dat ghy by de GodenVulcanus hebt gebrocht, naer dat hem was verbodenTe komen in haer hof, geworpen metter handt400 Van lupiter verftoort int


. Dan. Heinsii Nederduytsche poemata . dat de foete ftrijt ten ende was hy de blijde bruyt in zijne koets genomen,Verheven in de locht, en daer geftelt ten toon,j,^ Dicht aen het beeldt dat knielt, een fchoone gouden ^alszyfnijdenHet woefte blauwe veldt, en zijnen fchoot dickwils iffer een die van u liefde melt,55tf Den oorfpronck van de kroon zijn medemaet licht oock in de fin , hoe dat ghy by de GodenVulcanus hebt gebrocht, naer dat hem was verbodenTe komen in haer hof, geworpen metter handt400 Van lupiter verftoort int midden van het landtVan Lemnos hart en dor, vol buylen en vol wonden,En manck aen beydefy. ghy hebt terftondtgevondenEen wonderlickcn vondt. ghy hebt Silenus peert,404 Den Efel traech van ganck, getoomt aen zijnen ftcert,De knecht daer op gefet. fo quam hy aengeredeujEn tot by lupiter al huylende getreden, En toonde zijnen voet, hy riep in fulckervoech^°^ Al fittendop de beeft, dat lupiter felf locch, CL GaP 82JL HyMNVS,OFT LOTSANCK. Gafhem zijn plaetfe weer. lek mcyn dit is de luno wederom op u is wel ce vredcn, Om dat ghy haren foon foo geeftich op dat pas^^* Gebracht hebt in de plaets daer hy te voren of dit al is waer. foo hebben veel PoëtenHier voortijts uwe macht en kloeckheydt niet geweten,V daden n iet doorfien. zy feyden dat ghy waert4i<? Geboren tot genoecht, :, Evan^ Phlegraweet van uwe deuchttcfprekcn,Doen Mimas met zijn voick den hemel wild opbreken ,Du ftontft naeft lupiter, gaefft Rhoecus eenen flach4*0 Verandert in een leeu, dat hy ter acrden lach. Hy rolde van den berch twee nachten en twee dagen,Tot dat hy neder quara, daer licht hy noch verflagen,In teyken van u macht, uw vader die dit fach,414 Ter eere van fijn foon gaf eenen donderflach. Den VAN BACCHVS.


Size: 2064px × 1211px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthorschrijverpieter15761660, bookiddan, booksubjectemblems