. Album der Natuur. — 98 — ook gevonden bij vele Boas die niet giftig zijn, terwijl zij ontbreekt bij vele ^'ï^era-soorten, die het wel zijn. Het wordt uit dien hoofde door allen erkend, dat er geen zekerder, algemeener kenmerk bestaat, dan het voorhanden zijn van eenen giftklier-toestel. Alvorens dezen te beschrijven, moet ik opmerkzaam maken op een dwaalbegrip, dat hier sedert eeuwen en nog bij het volk voortbestaat, — ik bedoel de meening, dat de tong het giftig wapen der slangen zoude zijn. Men is daartoe waarschijnlijk ge- komen door den langen, puutigen, gespletenen of gaff'elwijzen vorm
. Album der Natuur. — 98 — ook gevonden bij vele Boas die niet giftig zijn, terwijl zij ontbreekt bij vele ^'ï^era-soorten, die het wel zijn. Het wordt uit dien hoofde door allen erkend, dat er geen zekerder, algemeener kenmerk bestaat, dan het voorhanden zijn van eenen giftklier-toestel. Alvorens dezen te beschrijven, moet ik opmerkzaam maken op een dwaalbegrip, dat hier sedert eeuwen en nog bij het volk voortbestaat, — ik bedoel de meening, dat de tong het giftig wapen der slangen zoude zijn. Men is daartoe waarschijnlijk ge- komen door den langen, puutigen, gespletenen of gaff'elwijzen vorm van dit deel, en doordien de slangen dit bij al hare driften, en dikwijls geheel onverwacht, uitsteken, zonder dat zij daarbij den bek behoeven open te doen, dewijl tusschen de beide lippen eene kleine opening daarvoor wordt gevonden. De tong, die meest zwart van kleur en lederachtig vast is, kan diep in de keel worden terug getrokken, in eene eigene scheede of koker, waarin zij zelfs bij het slikken rust. Deze vreemde inrigting verklaart zich eenvoudig hieruit, dat de tong de slangen dient als tastorgaan, als orgaan voor het voelen, en niet voor den smaak. De tong is dus een volkomen onschadelijk deel der slangen; zij heeft met hare vergiftige verwonding niets gemeens. De eenige veronderstelling, die ik daaromtrent bij oude schrijvers heb kunnen vinden, is, dat de giftslangen hare gespletene tong zouden gebruiken, om daarmede, als met eene vork, de gifthaken van achteren naar voren te brengen, — doch deze stelling is geheel onhoudbaar; de tong is daartoe te zacht en te zwak, en de oprigting der haken heeft een geheel ander mechanisme, zoo als wii aan- GEOPENDE MOND VAN YiPERABERüs, stonds zullen beschrijven. MET DE TONG UIT HARE Aau dcu cigenlijkeu gifttoestel der slangen SCHEEDE GESTOKEN. ' ouderscheidt men: de giftklier, de uitlozings- huis, en de gifttanden. — De giftJdier ligt ter weerszijde van den kop, en het is aan hare sterke ontwikkeling, dat de ware gift
Size: 1796px × 1391px
Photo credit: © Library Book Collection / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., 1853, bookcentury1800, bookcollectio, bookdecade1850, bookyear1852