. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 69. CRASSULACEAE. 469 zwart met witte puntjes, zij is gekroond door den kelkzoom (fig. 569). Zij smaakt bitter en bevat een 2-hükkigen steen, waarin in ieder hokje een zaadje. 9-18 dM. K Mei, Juni, zelden weer in den herfst. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt in geheel Europa in heggen en bosschen voor. Bij ons is zij vrij algemeen, vooral op loss en op diluvialen zandgrond. Ook wordt zij vaak aangeplant. C. mas ')L. Gele kornoelje (fig. 570). Deze plant is een heester, zelden een kleine boom met een geelgrijze schors. De takken staan r


. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 69. CRASSULACEAE. 469 zwart met witte puntjes, zij is gekroond door den kelkzoom (fig. 569). Zij smaakt bitter en bevat een 2-hükkigen steen, waarin in ieder hokje een zaadje. 9-18 dM. K Mei, Juni, zelden weer in den herfst. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt in geheel Europa in heggen en bosschen voor. Bij ons is zij vrij algemeen, vooral op loss en op diluvialen zandgrond. Ook wordt zij vaak aangeplant. C. mas ')L. Gele kornoelje (fig. 570). Deze plant is een heester, zelden een kleine boom met een geelgrijze schors. De takken staan rechtop, zijn in de jeugd aangedrukt behaard, grijs- of groenachtig. De bladen zijn tegenoverstaand, kort gesteeld, eirond, toegespitst, eerst aan weerszijden kort behaard, stevig. De bloemen staan in kleine, enkelvoudige, bijna zittende scher- men, die zijdelings, tegenover elkaar staan en verschijnen vóór de bladen, leder scherm is 6-10-straIig, de stralen zijn behaard. Ieder scherm heeft aan zijn voet een 4-bladig om- windsel, uit 4 holle, ovale, stompe blaadjes bestaand, die bijna evenlang als het scherm zijn. De bloemen zijn citroen- geel. De kelk is omgekeerd kegelvormig met een 4-tandigen zoom. De kroonbladen zijn lancetvormig , eerst rechtopstaand, later teruggeslagen. De stijl draagt een stompen stempel. De vrucht is vrij groot (1 cM lang), langwerpig (fig. 570), hangend, kersrood, glanzend en smaakt iets zuurachtig (ingemaakt is zij eetbaar). De steenkern is ook hier 2-hokkig, vaak komt echter maar een hokje tot ontwikkeling. 3-6 h. April. Voorkomen in Europa en in Nederland. Deze heester komt in .Midden- en Zuid-Europa in bosschen en heggen op kalk- grond voor. Bij ons wordt hij aangeplant en is soms ver- wilderd. Volksnamen. In Salland noemt men de plant knoedel, in Zuid-Limburg Familie 69. Crassulaceae D. C Vetplanten. Planten met meest verspreide, ongedeelde, in den regel vleezige bladen zonder steunbladen. Bloemen regelmatig, in bijschermen. K


Size: 1325px × 1885px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants