. De flora van Nederland. Plants. 440 â COMPOSITAE. FAMILIE 109. C. solstitialis') L. Zomercentaurie (fig. 555). Deze plant is grijsviltig. Zij iieeft een rechtopstaanden , meest zeer ver- takten stengel, die door de afloopende bladen smal gevleugeld is. De wortelbladen zijn liervormig vindeelig, gesteeld, de overige zijn lijnvormig, gaafrandig of iets getand, zittend, lang afloopend. De hoofdjes zijn klein, alleenstaand, eindelings, gesteeld. Het omwindsel is bolrond-kegelvormig en bestaat uit loswollige blaadjes (fig. 555), waar- van de middelste in een slanken, niet gegroefden, geelachtigen
. De flora van Nederland. Plants. 440 â COMPOSITAE. FAMILIE 109. C. solstitialis') L. Zomercentaurie (fig. 555). Deze plant is grijsviltig. Zij iieeft een rechtopstaanden , meest zeer ver- takten stengel, die door de afloopende bladen smal gevleugeld is. De wortelbladen zijn liervormig vindeelig, gesteeld, de overige zijn lijnvormig, gaafrandig of iets getand, zittend, lang afloopend. De hoofdjes zijn klein, alleenstaand, eindelings, gesteeld. Het omwindsel is bolrond-kegelvormig en bestaat uit loswollige blaadjes (fig. 555), waar- van de middelste in een slanken, niet gegroefden, geelachtigen topstekel uitloopen , die korte zijstekels heeft en langer is dan de omwindselbladen. De bloemen zijn citroengeel, alle gelijk. De vruchten zijn 2,5 mM lang met een haarkruon, langer dan de vrucht (fig. 555). 3-9 dM. SS, zelden Z- Juliâ September. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt in Midden- en Zuid-Europa voor en is bij ons zeldzaam aange- voerd, het meest met Centaurea solstitialis Fig. 555. 45. Cnicus-) Vaill. C. benedictus â ') L Gezegende distel (fig. 556). Bij deze plant is de stengel dunwoUig behaard, vertakt, weinig stekelig. De takken staan vorksgewijs en zijn langer dan het in het midden van het roset bijna zittende hoofdje. De bladen zijn dunwollig behaard met witte en van onderen uitstekende nerven, bochtig- tot vinspletig doorniggetand. De wortelbladen zijn gesteeld, de stengelbladen zittend, kort afloopend. Het omwindsel is eirond en bestaat uit buitenste blad- achtige, doornig getande blaadjes, die op de stengelbladen gelijken , terwijl de binnenste blaadjes (fig. 556) lancetvormig zijn, in eene lange punt eindigen, die aan iedere zijde van uitgespreide doornen is voorzien. De bloembodem is bezet met draadvormige strooschubben. De bloemen zijn bleek- geel. De vruchten (fig. 556) zijn cylindrisch met uitstekende overlangsche ribben, bruin, zijstandig vastgehecht en hebben een regelmatig getanden rand en een blijvende haarkroon van op
Size: 1360px × 1837px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants