. Zedelyke en stichtelyke gezangen . fchooten door de Nyd ,Van onder de Helfche fteilen , Een donker der Eeuwigheid. Vi GEZANGEN. 27 Van t ondoorgrondclyk wezen Gods. Toon: Ay fchoone Nimph aanziet eenmachtig Koning. goed, van niemant ooit volpreezen,ó W onderwezen ach !ly diepfte grond , fontein van alle wezen, In wien ik eeuwig lag :aard in myn ziel, uit uwe dicplle , uwlicht, uwwaarde Zoon,)e Bron van al het eeuwig fchoon,Zo zoet, zo zachte. llneindig licht, te gronde noch te meeten, ó Licht der jM;^jefteit!eeft myne ziel te drinken, en te ecten. Van uwe wezenrheid


. Zedelyke en stichtelyke gezangen . fchooten door de Nyd ,Van onder de Helfche fteilen , Een donker der Eeuwigheid. Vi GEZANGEN. 27 Van t ondoorgrondclyk wezen Gods. Toon: Ay fchoone Nimph aanziet eenmachtig Koning. goed, van niemant ooit volpreezen,ó W onderwezen ach !ly diepfte grond , fontein van alle wezen, In wien ik eeuwig lag :aard in myn ziel, uit uwe dicplle , uwlicht, uwwaarde Zoon,)e Bron van al het eeuwig fchoon,Zo zoet, zo zachte. llneindig licht, te gronde noch te meeten, ó Licht der jM;^jefteit!eeft myne ziel te drinken, en te ecten. Van uwe wezenrheid:o groeid dat Beeld, dat Hemels is, en fchoone, Gelyk t in Adam is geweell,en Tempel, daar het uwen geeft In iuft te woone. lyn ziel is vuur, 6 God, myn uitverkooren, Myn zielen-vuur dat fchreidh t water, dat zo lieilyk word gcbooren , In t licht der A^ajedeit:elyk den dauw, zo fchoon in c morgcnroode. Dat is het kri/lallyne meer,et water daar gy fchoonfk Heer, Ons zo op noode. C 3 IV. Om iS Zedexyke en een Deeze alle zyn in hei geloof geflorven, de belofte niet%)erkreegen hebbemle , maar hebben dezelve van verregezien i en geloofd^ en omhelsd^ en hebben beleeden daP^zygajlen en vreemdelingen op der aar den (v^aaren. Hebr. Vreemi: GEZANGEN. 59 VreemdeTmgen, In aardfe dingen. Toon: Uit liefde komt groot : Ik ging op eenen iTiOrgen. vreemdlingfchap gebooren, Gequeekt en opgev^oed,Quam ons gemoed te vooren, Een land van eeuwig goed; Dies maakten wy ons op de gang,Om t zelve na te fpooren, Ons gantfe X^-wtn lang. gaande onderwegen, Quam nu en dan ons by,Een Pelgrim zo genegen, En zo gezind, als wy, Dat maakte zoete t land van volle zegen, Te zoeken, zy aan zy. eenen komt van t Noorden, Den ander komt van t Zuyd,Van allerhande Oorden, t Geboorte Landfchap uit, Als vreemdeling van vriend en maagd ^Wyl hem , met ons , bekoorde Het land, dat ons behaagd. C 4 4. Ais jo Zedëlyke en Stichtelyke 4-Als uit een net ontvloode


Size: 1491px × 1675px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., booksubjectemblems, booksubjectjesuschrist, booksubjectmysticism