. Album der Natuur. HET GESLACHTSLEVEN DER PLANTEN. 49 hangt (fig. 7, 22), en wanneer de met nieuw stuifmeel beladen vliegen zich verwijderd hebben, slaat de vrije slip van het bloemdek zich om, zoodat de opening van buiten wordt afgesloten (fig. 6). "VVij zien dus bij Aristolochia Clematitis, als eene ware dichogame plant, de beide geslachtsorganen eerst na elkander ontwikkeld, zoo- dat de zelf bevruchting onmo- gelijk is. Wanneer namelijk de vliegen bij de geopende helm- knoppen kunnen komen, is de stempel derzelfde bloem reeds ongeschikt om bevrucht te worden. Maar, terwijl bij andere


. Album der Natuur. HET GESLACHTSLEVEN DER PLANTEN. 49 hangt (fig. 7, 22), en wanneer de met nieuw stuifmeel beladen vliegen zich verwijderd hebben, slaat de vrije slip van het bloemdek zich om, zoodat de opening van buiten wordt afgesloten (fig. 6). "VVij zien dus bij Aristolochia Clematitis, als eene ware dichogame plant, de beide geslachtsorganen eerst na elkander ontwikkeld, zoo- dat de zelf bevruchting onmo- gelijk is. Wanneer namelijk de vliegen bij de geopende helm- knoppen kunnen komen, is de stempel derzelfde bloem reeds ongeschikt om bevrucht te worden. Maar, terwijl bij andere dichogamen het insekt bij één bezoek nimmer zoowel stuifmeel aan den stempel af- geeft als zich met nieuw stuif- meel voor eene andere bloem belaadt, gebeurt dit (voor de niet dichogamen gewone) ver- schijnsel hier, ten gevolge van het gedwongen verblijf van het dier in de tijdelijk afgesloten ruimte. In zoo verre hadden wij zoo even regt om te zeggen, dat Aristolochia Clematitis een soort van overgang tusschen beide groepen van bloemen Ecu stuk van den stengel v. Aristolochia Clematitis met jonge, nog niet bevruchte, overeind staande bloemen (1, 1) en oudere bevruchte, neerhangende (2, 2) (naar sachs). St stengel, b bladsteel, k ketelvormige verwijding van de buis, r van het bloemdek, ƒ het onderstandige ^Tuchtbeu'insel. De bloemen , waarvan stempel en nieeldraad gelijktijdig rijp worden , vormen de mindej'heid in getal. Maar juist hier treft men de belang- rijkste wijzigingen aan in plaats en lengte der bevruchtingsorganen, die, voor zoo verre men ze thans kent, meestal de zelf bevruchting meer of minder moeijelijk maken. Bepalen wij ons eerst tot de bloemen, welke open gaan , dan vinden wij daaronder al aanstonds twee afdee- lingen, namelijk zulke, waarvan de meeldraden vlak tegen den stempel aanliggen , zoodat zelf bestuiving bijna onvermijdelijk is, en de zoodanige 1870. 4. Please note that these images are extracted from scanned page images that may have been d


Size: 1404px × 1779px
Photo credit: © Library Book Collection / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bhlconsortium, boo, bookcollectionbiodiversity, bookleafnumber615