. Alle de wercken, so ouden als nieuwen . )iii> wiicljcn. Eykijck,daer was mijn hoopgedacnjWant ik moeft flux daer henen gaen,Ick moeft gaen rorfen met verdriet,Ent hoFen gaf my anders (feydick) domcnkarighdier,Watmaeckikdochrwatdoeik hier?Men roept geen efel in het hof,Of iemant van gelijcke ftof,Om eer, om vreught, of om gcmack,Maer om te dragen eenigh pack. Dusghy diezijtvan mijn datj in t hof eens wort ge-bracht ,Denckr niet om eer, of om gewin,Beeldt u geen hooge ftaren in -,U hoop IS waen, en enckel fchijn,Een efel moet een efel zijn. ^ïvo bcr jaim am


. Alle de wercken, so ouden als nieuwen . )iii> wiicljcn. Eykijck,daer was mijn hoopgedacnjWant ik moeft flux daer henen gaen,Ick moeft gaen rorfen met verdriet,Ent hoFen gaf my anders (feydick) domcnkarighdier,Watmaeckikdochrwatdoeik hier?Men roept geen efel in het hof,Of iemant van gelijcke ftof,Om eer, om vreught, of om gcmack,Maer om te dragen eenigh pack. Dusghy diezijtvan mijn datj in t hof eens wort ge-bracht ,Denckr niet om eer, of om gewin,Beeldt u geen hooge ftaren in -,U hoop IS waen, en enckel fchijn,Een efel moet een efel zijn. ^ïvo bcr jaim am i|T/ ba tvit icbcnnan genus Sc virtus, nifi cum re, vilior alga eft. Hor at. 2. Sat. Oi-id. i. ,no,ifa. Nil hahet infelix paupertas durius m fe,Quam quod ridiculos homines fa-cit. luienaLSat. ^ f>ift ^t rfftf \y toe öimcnöc/ tntffiflförd/Pag. i+f. Sa^iez.^a, &c. CH \ytt DCttie ÖCCÏ/Pag. loó. Bifogmt llj Bifogr:.! che ^Ifavio porti ï,. ^f Öoon öatfe met öcm fpottett. /^ Hy fiet dit felfaem beek, en fchijnt er in te dolen, ^^ Maer wat et feggen wil dat is u noch verholen jGhy fiet een dcftigh man die buyght fijn ouden neck,En die gedragen wordt dat is een jonge geck. Ghy feght dat in de Schrift dit anders wort gelefen; En dat een dwaes behoort eens wijfens knecht te wefcn:*Ghy feght juyt Godes woort, dat ja hetjeughdig bloetDen ouden eerc doen, en onderftutten moet. * Een dwAS!moet derTvijjenhiccht zijn. Prov. II. 19. Ghy vraeghtdan, hoehctkomt, en watetistefeggen, Dat wy hier, tegen recht, verkeerde gronden leggen:Ghy flaet hierop en dut, ghy ftaer gelijck vcrbaeft,En fteltgenoeghfaemvaft als dat de fchrijverraeft: Wel, vrient, ontfanght een woort, tot antwoortuwervragen, ,, t Is wijfe lieden werck een geck te kennen dragen}Men fegge watmen wil, het is geen deftigh manDie met gebogen hals geen dwafen lijden kan. Ital. T> ifognx che ^Ifauioporti ilmattofopra ^


Size: 1585px × 1577px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthorcatsjacob15771660, bookcentury1600, booksubjectemblems