. Stichtelyke zinnebeelden gepast op deugden en ondeugden : in LVII tafereeelen vertoont . rkteekens engedachtenifien daar van in t nakrooft wel altoos zul-len levendig blyven. Wy zien ten leerftuk hier uit: dat de Begeerte na-tuurlyk en onzondig is, en heur ïuim fnoer houd,zoo lang geen wet de zelve beperkt: maar waar Godsgebodt paal zet, worden alle bedryven, die tegen datrichtfnoer aanloopen , voor misdryven opgevat, enzondig verklaart. Waarom ook Adam en Eva, wel-ke tot het gebruiken van alles (uitgezondert iets tgeen van den Wetgever voor zig was buiten geitelt)vryheit hadden : wanneer zy
. Stichtelyke zinnebeelden gepast op deugden en ondeugden : in LVII tafereeelen vertoont . rkteekens engedachtenifien daar van in t nakrooft wel altoos zul-len levendig blyven. Wy zien ten leerftuk hier uit: dat de Begeerte na-tuurlyk en onzondig is, en heur ïuim fnoer houd,zoo lang geen wet de zelve beperkt: maar waar Godsgebodt paal zet, worden alle bedryven, die tegen datrichtfnoer aanloopen , voor misdryven opgevat, enzondig verklaart. Waarom ook Adam en Eva, wel-ke tot het gebruiken van alles (uitgezondert iets tgeen van den Wetgever voor zig was buiten geitelt)vryheit hadden : wanneer zy hun drift te veel toega-ven, en meer begeerden , dan t geen zy reedts had-den, zy ook daar by verlorent geen zy bezaten, evenals de Hont in de Fabel. Deze met een ftuk vleesin den bek door t water zwemmende, en gretig naarmeer (wy volgent rym vanFedius venaler) hapt toe, Bedrogen door de waterbceltenis. waar door hy Verliejl t geen hyjlrak voerde door de Jlroomen,£# mijl het geen hy meende te bekoomen. IV. A< ZINNEBEELDEN. en EVA onder t JUK. t Houdt de Wecreld Dus heeft de konft, naar ons behaagen , De huwlykseendragt afgebeelt,Door t juk dat de Echtgenooten draagen , Waar aan weerzyds een kintje fpeelt,Van hun gelieft met ziel en zinnen, Terwyl de Schop den man bericht,Om voor t Gezin den koft te winnen. De Spinrok leerd de vrouw haar kan uit wel geregelt trouwenDe Staat en Kerk haar welftand bouwen. Adam *4 HOÜBRAKENS*IV. ZINNEBEELT. 1 ADam en Eva de gunft en goetheit van hunnenSchepper misbruikt hebbende , werd ter itrafhet bewonen van Edens lufthof ontzeit , en eenbewoning aangewezen op een {ruggen gront, waaruit Adam zyne en zynes huisgezins behoeften door Ibouwoeffening tot zweetens toe zoeken moeft 5want dAarde die voorheen allerhande vruchten,fmaak en oog vleiende uit zig zelve voortbragt,werd gevloekt 3 des moeft hy in t zweet zynsaanfehyns zyn brood zoeken, en Eva (waaruit demenfehbouw zyn begin flont te nemen) met imar-ten kinder
Size: 1582px × 1579px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookauthorbritgezinefl169817, bookdecade1720, booksubjectemblems
