. Beschryving van Ysland, Groenland en de Straat Davis. : Tot nut der wetenschappen en den Anderson, Johann, 1674-1743; Natural history; Natural history; Eskimo languages; Indian linguistics. 234 BESCHRYVXNG van GROENLAND, een klein overblyffel van het ingefchapen Goddelyk even- beeld. Doch wanneer men zulks, als het ware, met het licht van een opgehelderd vernuft befchouwt, bevind men, dat het by deze Wilden niet recht geoeffent of aangewend, maar veel- eer noch verduiftert word; nadien zy niet tot de rechte tedere banden of plichten komen, maar flechts by de allergrooffte ge- ho
. Beschryving van Ysland, Groenland en de Straat Davis. : Tot nut der wetenschappen en den Anderson, Johann, 1674-1743; Natural history; Natural history; Eskimo languages; Indian linguistics. 234 BESCHRYVXNG van GROENLAND, een klein overblyffel van het ingefchapen Goddelyk even- beeld. Doch wanneer men zulks, als het ware, met het licht van een opgehelderd vernuft befchouwt, bevind men, dat het by deze Wilden niet recht geoeffent of aangewend, maar veel- eer noch verduiftert word; nadien zy niet tot de rechte tedere banden of plichten komen, maar flechts by de allergrooffte ge- houdenheden of zodanige plichten blyven , zonder welke de uitwendige ruft niet behouden kan worden , noch de omgang met zynes gelyken of de menfchelyke zamenleving beftaan. Daarenboven zyn hunne omftandigheden zodanig geftelt , dat zy hun tot de gezegde deugden, of veelliever tot onthouding van de daar tegen overftaande ondeugden, niet alleen gelegen- heid geven; maar hen zelfs daartoe aandryven en dwingen. De onkunde van het quaad, en het mangel aan middelen ter aanprikkeling, zo ook van mode en quade voorbeelden, maakt, dat in deze eenvouwigheid blyven. De ruwe luchtftreek, de wei- nige voorraad van het nodige, en de moevelyke wyze van 't- zelve te bekomen, houd hen in te vredenheid en gelykheid. Dewyl niemand meer weet noch heeft dan de ander, heeft hy ook gene reden , zich boven den anderen te verheffen , en deze gene beweegoorzaken, hem enige meerderheid in te: willigen. Vermits een alleen niets uitrechten kan, moet hy trachten, de anderen ten vrienden te behouden, hun byftanï bieden, om byftand van hun te genieten. Des moeten zy ook, c geen zy gevangen hebben , dewyl de een zo goed als de ander is, en de een zo veel moeite als de ander aangewent heeft, gelyk delen. Een ieder moet den anderen het zyne la- ten, anderzints nam deze hem op zyn beurt het zyne af. Ge- kyf, twift en vyandfchap moeten zy vermeiden, want dezelve geen ander einde hebben, dan dat zy elkander zouden a
Size: 1407px × 1777px
Photo credit: © Library Book Collection / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., booksub, booksubjectindianlinguistics, booksubjectnaturalhistory