. De flora van Nederland. Plants. FAMILIf-: 95. — LAHIATAE. 239 wortel eii een eiikelvoiiJitieii of aan den voet vertakten sten},'el. üe hiaden zijn lan^iwerpif,'- lancctvormi),', kort ^'i-'stecld, van voren nezaaj^d. Zij >,'aan f,'eieidelijk in de iets kleinere, bijna fjaafrandifje. },'enaalde, naar boven vaak lichtf,'eel t^e- klenrdc schutbladen over. De bijschermeii zijn meest 3-bloeniij,' en vormen uiteen- staande schijnkransen , die vaak in de oksels van alle stetifjelbladen zitten. De kelk (fijf. 292) is bijna 2-IippiK, de buis is van voren aan den voet bultij;, lO-nervijj, met bijna


. De flora van Nederland. Plants. FAMILIf-: 95. — LAHIATAE. 239 wortel eii een eiikelvoiiJitieii of aan den voet vertakten sten},'el. üe hiaden zijn lan^iwerpif,'- lancctvormi),', kort ^'i-'stecld, van voren nezaaj^d. Zij >,'aan f,'eieidelijk in de iets kleinere, bijna fjaafrandifje. },'enaalde, naar boven vaak lichtf,'eel t^e- klenrdc schutbladen over. De bijschermeii zijn meest 3-bloeniij,' en vormen uiteen- staande schijnkransen , die vaak in de oksels van alle stetifjelbladen zitten. De kelk (fijf. 292) is bijna 2-IippiK, de buis is van voren aan den voet bultij;, lO-nervijj, met bijna gelijke. toej;espitst eironde tanden, waarvan de 3 bovenste aan den voet verj^roeid zijn. De bloenikroon is geel, korter dan de kelktanden. Zij heeft een ongedeelde, spitse, rechtopstaande, bijna vlakke bovenlip en een 3-sple- tige onderlip niet 3 uitgespreide lobben, waarvan de mid- delste het grootst is. De zoom wordt bij het verwelken bruinrood. Er zijn 4 korte, in de kroonbuis ingesloten meeldraden. De helmknopjes der bovenste hebben 2 uit- eenwijkende hokjes, die der onderste zijn onontwikkeld. De stijl is in de bloenikroonbuis ingesloten. De vrachtjes zijn aan den top afgerond. De tanden van den vruchtkeik zijn afstaand en gedoomd. 1,5-4,5 dM. O. Juli, Sideritis montana Fig. 292. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant behoort thuis op de kalkheuvels in Zuidoost-Europa en is bij ons aangevoerd gevontien, doch vrij zeldzaam. 21. Marrübiiim ^) Tru. M a 1 r o v e. Kelkbuis 10-ribbig met 5-12 rechtopstaande of omgebogen, niet stekelige tanden. Bloemkroon 2-lippig met een niet buiten den kelk uitstekende buis, een rechtopstaande, bijna vlakke, 2-lobbige bovenlip en een afstaande onderlip met 3 uitgespreide lobben , waarvan de middelste grooter en breeder is dan de andere. Meeldraden 4, kort, ingesloten in de bloemkroonbuis. Helmhokjes sterk uiteenwijkend met een gemeenschappelijke lengtespleet openspringend, aUe vruchtbaar. Stijl in de bloemkroonbuis inges


Size: 1426px × 1751px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants