. Zedelyke en stichtelyke gezangen . ie aanzien. Of nu de barm-hertige God Holland niet op een zonderlinge wy-ze, buiten alle menfchelyke hulp,als in zyn Vader-lyke armen bewaard heeft, dat ftellen wy aan hetoordeel van alle redelyke menfchen. Wy hebbendit by haar leven,uit haar eigen mond gehoord. Endeeze overfhaande verbeelding is de Kamer, waarhaar dit gezigt verfcheenen is, afgetekent. JNI och droom , noch dronkenfchap heelt dit gemoed bedroe-gen,Dat met gezond verfianJ en helder waakende oogenIn t hcht, (gehrookcn uit den Paradyfen dag,)Een fchoone Jongeling in witte kleedren zag,Wiens li


. Zedelyke en stichtelyke gezangen . ie aanzien. Of nu de barm-hertige God Holland niet op een zonderlinge wy-ze, buiten alle menfchelyke hulp,als in zyn Vader-lyke armen bewaard heeft, dat ftellen wy aan hetoordeel van alle redelyke menfchen. Wy hebbendit by haar leven,uit haar eigen mond gehoord. Endeeze overfhaande verbeelding is de Kamer, waarhaar dit gezigt verfcheenen is, afgetekent. JNI och droom , noch dronkenfchap heelt dit gemoed bedroe-gen,Dat met gezond verfianJ en helder waakende oogenIn t hcht, (gehrookcn uit den Paradyfen dag,)Een fchoone Jongeling in witte kleedren zag,Wiens lieflyk aanz en haar het hert zo zeer verheugde,Dat haar vernoemde Geeit en wenft geen meerder vreugdeIn t eeuwig leven , zo zy t erft van Godes was de boodfchap van dien Hemelfen Gezant ?Hoe God , die goede God , zo liellyk m t onttarmen,t Gedreigde Holland zouvv bcwaaren in zyne Godlyk is dringt door, ren ipyt van t hdk laad,©e zuivrc v/aarbeid is bezegeld met der-daad. Een GEZANGEN. XIX. Een waardi2;e Boode. 225. Be Engel des Heere^ legert zkh rondom de geenedie he?n ireezen^ en riiktze uit. Pfalm XXXIV: 8. Zynze niet alle gedienftige Geejïen, die tot dienft uit-gezonden ^xorden om der geene wille die de zaligheid beer-ven zullen ? Hebreen I: 14. 22(5 Zedelyke en Stichtzlyk^ w y hoorden wel in dee7,e Nederland, gegeefeld door Gods Hagen,Ter dood verbleekt, het moedig hert ontzonk,Als t blanke zwaard haar dicht in doogen blonk,Wat eenen held (door Lofgezang verheeven)Te water, of te lande had al wat God, zo heerlyk heeft gedaan,Hoe groot, hoe fchoon, men roert het weinig wind , door ftroom, door nevel, en door regen ^Hield zyne hand t geweld des vyands was den arm des krygsmans, of t beleid ?VV^aar was de moed .^ of ordening ten ftryd ?De hoop was uit^ des vyands ftroom aan t groeijen,Scheen t al, en al te zullen had het God door wondren niet gedaan,Die flerke ftorm had dryvend


Size: 1461px × 1710px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., booksubjectemblems, booksubjectjesuschrist, booksubjectmysticism