. De flora van Nederland. Plants. FAAAILIH 100. PLANTAGINACEAE. â 275 dekselachtig cii liecft 4-8-zadige liokjcs. De zaden zijn klein, hoekig met fijne puntjes. 1-5 dM. 2]-. MeiâNovember. De variëteit f-i. minor ^) Cop. is kleiner dan de grondvorm, doch daarmede door allerlei tussclienvormen verbonden. De variëteit y. Wintert'-') Wirt<rcn. heeft veel smallere bladen, die soms bijna lancetvormig zijn en verlengde, meest rechtopstaande aarstelen. De vruchtaren worden gaarne door kanaries gegeten. Voorkomen in Enropa en in Nederland. De plant komt langs wegen, in het gras en op onbebouwde pl
. De flora van Nederland. Plants. FAAAILIH 100. PLANTAGINACEAE. â 275 dekselachtig cii liecft 4-8-zadige liokjcs. De zaden zijn klein, hoekig met fijne puntjes. 1-5 dM. 2]-. MeiâNovember. De variëteit f-i. minor ^) Cop. is kleiner dan de grondvorm, doch daarmede door allerlei tussclienvormen verbonden. De variëteit y. Wintert'-') Wirt<rcn. heeft veel smallere bladen, die soms bijna lancetvormig zijn en verlengde, meest rechtopstaande aarstelen. De vruchtaren worden gaarne door kanaries gegeten. Voorkomen in Enropa en in Nederland. De plant komt langs wegen, in het gras en op onbebouwde plaatsen in geheel Europa voor en is bij ons algemeen. De var. S. is vrij algemeen bij ons en de var. y. is bij Harder- wijk gevonden. Volksnamen. De namen groote weegbree en konijnenblad zijn het meest in gebruik, in Friesland hoort men den naam rottestaart en trekblad (de laatste ook in Waterland). In Groningen spreekt men van geneesblad, hondemiesbladen, op Texel van roggebroodjes, in Waterland van erral, van kankerbloem, van lepelblad en van waterbladen (de laatste naam ook in Kennemerland), in Noord-Holland van wijkerblad, in den Achterhoek van Gelderland van betenblad, aan den Zoom der Veluwe van chocoladeplant, in Twente van boterblad, op Overflakkee van lamsoor en op Walcheren van ribbeblad. De wortelstok is P. média-') L. Ruige weegbree (fig. 340). Deze plant is witachtig behaard en wordt niet zwart, kort, de stengel uit opstijgenden voet rechtop- staand, fijn gestreept, behaard, 5-6 maal zoo lang als de bladen. De bladen staan uitgespreid in een wortelroset, zijn elliptisch, 7-9-nervig, zwak getand, evenals de aarstelen dicht kort- behaard en in een korten steel versmald. De aar is dicht, witachtig, langwerpig-cylin- drisch. De schutbladen (fig. 340) zijn droogvliezig gerand, stomp of iets spits eirond, groen op den rug, evenlang als of korter dan de afgeronde kelkbladen. De bloemen zijn welriekend. De kelk bestaat uit 4 omgekeerd eironde, stompe, bijna witvlie
Size: 1439px × 1736px
Photo credit: © The Book Worm / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants