. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 4. POLYPODIACEAE. — 219 Blaadjes 2e orde aan den scheef wJRvormigen voet Raafrandiu, verder stekelpuntig ge- zaagd. Voorste gaffeltak der zijnervcn een vriichthoopjc dragend. I'. acaleatum biz. 219. Dekvliesje min of meer nicrvormig. in den inham, dus zijdelings bevestigd. a. Bladsteel met 2 bandvormige vaatbundels. Bladen des zomers groen, gevind met vinspletige blaadjes. Beide gaffeltakken van de zijnerf der slippen een vruchthoopje dragend. Dekvliesje klein, spoedig afvallend, klierachtig getand. aa. Wortelstok kruipend. Steel meest iets langer dan
. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 4. POLYPODIACEAE. — 219 Blaadjes 2e orde aan den scheef wJRvormigen voet Raafrandiu, verder stekelpuntig ge- zaagd. Voorste gaffeltak der zijnervcn een vriichthoopjc dragend. I'. acaleatum biz. 219. Dekvliesje min of meer nicrvormig. in den inham, dus zijdelings bevestigd. a. Bladsteel met 2 bandvormige vaatbundels. Bladen des zomers groen, gevind met vinspletige blaadjes. Beide gaffeltakken van de zijnerf der slippen een vruchthoopje dragend. Dekvliesje klein, spoedig afvallend, klierachtig getand. aa. Wortelstok kruipend. Steel meest iets langer dan de nog onvruchtbare bladen, evenals de bladschijf zonder schubben. Bladschijf aan den voet niet of nauwelijks versmald. Slippen gaafrandig. Vruchthoopjes in het midden tus- schen de middennerf en den rand, ten slotte de geheele slip bedekkend, die ten slotte zelf driehoekig of sikkelvormig wordt door het omrollen van den bladrand I'. ïlieljpteris blz. 220. öb. Wortelstok kort, scheef. Bladen kortgesteeld, naar weerszijden versmald. Steel en het onderste derde deel van de middennerf van het blad met kleine, bruine schubben bezet. Slippen stomp, vlak, gaafrandig of iets bochtig. Vruchthoopjes dicht bij den rand F. Oreopteris blz. 220. b. Alleen de voorste gaffeltak der zijnerven draagt een vruchthoopje, dat dicht bij de middennerf ligt. Dekvliesje langer blijvend. Wortelstok dik, schuin. aa. Bladen naar voren geleidelijk, naar den voet weinig versmald. Bladsteel met 7 ronde, peripherische vaatbundels (2 op de bovenzijde, 3 op de onderzijde en 2 er tusschen in). Bladen gevind, met bijna zittende, diep vindeelige (soms bijna gevinde) blaadjes, niet overwinterend. Bladsteel veel korter dan de schijf, dicht met groote schubben bezet en de geheele middennerf van het blad met kleinere. Blaadjes lancetvormig. Slippen met een stompen of afge- knotten top, die vaak verscheidene, echter niet stekelpuntige tanden draagt. Vruchthoopjes elkaar ten slotte aanrakend, doch niet samenvloeiend
Size: 1431px × 1746px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants