. Het overvloeijend herte, of nagelatene verzen . Doe Werden haar helder 00gen geopend^tn zy werden gewaar dat zy 7^aakt waren;en zy hegten vygehoom bladeren te zamen enmaakten zig fchorten Gen: III. v. 7. Op H E R T E. 7^ Op Figuur XXIIL \__J^ mens, vant Godlyk kleed zig een fchandlyk dekzel leenen. Van t veld gev^as, en t ruig gediert;Nog wil hy daar wat groots mee meenen; Maar die bet van naby beziet. Vind in dit kleed den Engel niet, Jesa : LXIV. vers 6. D og voy alle zyn als een onreine^ en al-le onze geregtigheden zyn als een iveg-iver-pelyk kleed, I Petri: III. vers 3 en 4
. Het overvloeijend herte, of nagelatene verzen . Doe Werden haar helder 00gen geopend^tn zy werden gewaar dat zy 7^aakt waren;en zy hegten vygehoom bladeren te zamen enmaakten zig fchorten Gen: III. v. 7. Op H E R T E. 7^ Op Figuur XXIIL \__J^ mens, vant Godlyk kleed zig een fchandlyk dekzel leenen. Van t veld gev^as, en t ruig gediert;Nog wil hy daar wat groots mee meenen; Maar die bet van naby beziet. Vind in dit kleed den Engel niet, Jesa : LXIV. vers 6. D og voy alle zyn als een onreine^ en al-le onze geregtigheden zyn als een iveg-iver-pelyk kleed, I Petri: III. vers 3 en 4. Welker verder zei zy^ niet het ge ene uit-* terlyk is, [ beft aan de ] /// / vlegten des hairs,en omhangen van Goud^ of van Kleederen aante trekken. Maar de verborgen mens des herten,, iizhet onver derfelyk \yercie7zel~\ eens zagtmoedigentn ftillen geeftes, die koftelyk is voor God, De 8o Het OVERVLOEIJEND Ik nceme heden tegens u lieden tot getuigenden Heemelen de aarde; bet keven en den doodhehhe iku voor gefield^ den zeegen en den vloek ikieft dan het leeven op dat gy leevet^ gy enuv^ zaai. Deut: XXX. vers 19. Op H E R T E. 8i Op Figuur XXIV. 6 X^ oordpool! dorre noordpool, koud^ Daar zig het hard en fwart onthoud;Wie wil u tot zyn deel verkiezen, Voor c Zuiden, daar de zon het zoet. Van alle LieHykheid vrugtbre vogten doet bevriezen? Schoon gy t kompas wel naar u trekt, Ons wille zig naar t Zuiden malfe en welgebondene aarde. Die nog vertoond een klein bewys, Van t nu verborgen Paradys,Dat voor den val zig openbaarde. Als in den fpiegel deezer tyd, Zoo is de groote Eeuwigheid,Gelyk een wezen van twee deelen; Daar t een gekeerd ligt naar de zon, F Van 82 Het OVERVLOEIJEND Van t GodIyk licht dat nooit begon 5Om zalig op dien grond te deel zoo fchoon gekeerd,Hoe moet uw weereld zyn vereerd, Door zulk een dageraat ontflooten;Die alle wondren op doe
Size: 1457px × 1715px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookauthorluikenjan164, booksubjectemblems, booksubjectmysticism
