. Ian vander Veens zinne-beelden, oft Adams appel. Verciert met seer aerdige const-plaeten mesgagers syne oude ende nieuwe ongemeene bruydt-lofs ende . er pielen ruft. Appolloen Vrania. Singhen wederom haar Vers. SPaarnugeen Snaarnoebluftigbquelen,Maar Trouw t Muficq an dEdle Luyt,De Sangh ghevlochten met het Spelen,Beeldt-af hoe Struckel metfyn BruydcEenftemmigjAieffhj\ eens van f mie,B-elevenJuüsn bare minne, Bbb 3 Feefl> Feeft-praatje, Toe-gheey gent Den Eerentvefien ende Hoogh-geleerden Ionghman, IOANNESHOOGHCAMER Ende d Eerbare Deught»rtjke Imgbe Dochter IofF. CLARA VINC
. Ian vander Veens zinne-beelden, oft Adams appel. Verciert met seer aerdige const-plaeten mesgagers syne oude ende nieuwe ongemeene bruydt-lofs ende . er pielen ruft. Appolloen Vrania. Singhen wederom haar Vers. SPaarnugeen Snaarnoebluftigbquelen,Maar Trouw t Muficq an dEdle Luyt,De Sangh ghevlochten met het Spelen,Beeldt-af hoe Struckel metfyn BruydcEenftemmigjAieffhj\ eens van f mie,B-elevenJuüsn bare minne, Bbb 3 Feefl> Feeft-praatje, Toe-gheey gent Den Eerentvefien ende Hoogh-geleerden Ionghman, IOANNESHOOGHCAMER Ende d Eerbare Deught»rtjke Imgbe Dochter IofF. CLARA VINCK. Fereenight inden Echten Staat den 22. April, Anno 1 63 £• Broek l?oe ftaat my t*hoofc verwart, Heel avrechs op de romp, O teere Soete-raelks hart, Wat zyn myn linnen ftomp, k En weet nau wat ik doe,Ik ben my fêlven moe. .Ik ben myfelven fchier ontvreemdk En lijk niet dien ik was,Dat doet de tydt die my beneemtDe Salviogh van de Tas,En G ieraard ts fbetfte Lief, | De Hel-wegh vanden dief, O Backesje van fuere-zult, Myn lieve halve lijf, Het breyn dat is my om-ghekruït, Soöklaagh ik an myn Wijf, De tyck die heeft gherooft Al t Huys-raat uyt myn 3** Dies is de koop op hol op fchrol,Claas Backer heeft gheen deegh,Vol Muyfê-neften is den Bol,Van finnen is hy leegh,Doch alfmen t wel befietk En bent alleenigh niet. Want daar is onfè Hote-bek, De Vorft van t groot ghcfïn, Dats eerft een grootfche groote Gek, De Zoon en is niet min, Wat ift een bitter Kruys / * Twee Gecken in een huys. Wat zynder noch ontelbaar meer, tmmi f*/ »»* Daar t luk woont by de Key, e befomg ptgefe a. Die lichter zyn ghelijk een Veer, SST**] En broedtfer als een Ey, Dies roep ik Vim Cap, EntMmnvetenfchap. tjiïj*hr* w Dat trooft my fêker vry wat ftijf,Nu weet ik myn Fortuyn,Ik heb een weynigh mals in t lijf,En ook wat inde Cruyn,Maar t luk is op de vluchtDits argher als een zucht. Dits argher als een BullebakGhebooren in April,Dits argher als een Oly-vlafcOp blanke Marrys Bil,Dits argher
Size: 1572px × 1590px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1600, bookdecade1640, booksubjectemblems, bookyear1642
