. De flora van Nederland. Plants. Rubuo Menicei Fig. 668. n. nibicündus^) P. J. Muller. I)c loten zijn hier nut naald-pricnivormi>,'e stekels bezet, de bladen van onderen zijdeaclitif,' zacht behaard, het topblaadje is eirond, de vrucht- kelk is afstaand of rechtopstaand. /)'. décoriis-) P. J. Muller (K. cruentatus Muller). De blaadjes zijn hier fijn en gelijk- matig scherp gezaagd, de bloeiwijze is groot en los, de bloemen zijn groot. B. /?. fiisco-iiter'') Focke (R. fusco-ater Wh. et N.) De loten zijn hier dicht behaard met dichtopeenstaande, zeer ongelijke, gesteelde klieren, stek
. De flora van Nederland. Plants. Rubuo Menicei Fig. 668. n. nibicündus^) P. J. Muller. I)c loten zijn hier nut naald-pricnivormi>,'e stekels bezet, de bladen van onderen zijdeaclitif,' zacht behaard, het topblaadje is eirond, de vrucht- kelk is afstaand of rechtopstaand. /)'. décoriis-) P. J. Muller (K. cruentatus Muller). De blaadjes zijn hier fijn en gelijk- matig scherp gezaagd, de bloeiwijze is groot en los, de bloemen zijn groot. B. /?. fiisco-iiter'') Focke (R. fusco-ater Wh. et N.) De loten zijn hier dicht behaard met dichtopeenstaande, zeer ongelijke, gesteelde klieren, stekeltjes en stekels, de blaadjes zijn van onderen grijsgroen of bleekgroen, zacht, het topblaadje is breed elliptisch. De bloeinassen dragen vele ongelijke, gesteelde klieren en naaldstekels. '^ Juli. Voorkomen in Europa en in Nederland. De vorm A komt in bosschen en aan beekoevers in Zwitserland, het Rijngebied, de Belgische Ardennen en Engeland voor, doch is bij ons nog niet gevonden. De beide rassen zijn evenmin in ons land aangetroffen. Het eerste komt in bosschen en kreupelhout in de Rijnprovinciën voor en in Engeland, het tweede op vruchtbaren boschgrond in Midden- en West-Duitschland en in België. De vorm B komt aan boschranden, heggen en hellingen in Noordwest-Duitsch- land voor. R. Ménkei ') Wh. et N. (Fig. 668). Een der rassen dezer soort is //. tereüüsciilus â¢â >) Focke (R. teretiiJsculus Kaltenb.). Bij deze zijn de blaadjes van onderen grijsviltig en is het topblaadje omgekeerd eirond. \i. Juli. Voorkomen in Europa en in Nederland. Dit ras is in Duitschland bij Aken en in het Rijngebied gevonden en ook bij ons een paar malen. R. hypoleücos'^) lefèvre et P. J. Muller. (Fig. 669). De blaadjes zijn ongelijk grof en naar voren toe vaak inge- sneden gezaagd, van onderen glanzend, het topblaadje is langwerpig-elliptisch, geleidelijk toegespitst. De bloeiwijze is meest groot en los, de bloemen zijn groot. r^. Juni, Juli. Voorkomen in Europa en
Size: 1415px × 1767px
Photo credit: © The Book Worm / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants
